SELLAS Life Sciences Group, Inc. kondigde positieve topline gegevens aan voor de patiëntengroep met recidief/refractaire lymfomen uit de Fase 1 dosis-escalatie studie van haar CDK9-remmer, SLS009. Alle primaire en secundaire onderzoeksdoelstellingen, waaronder veiligheid, klinische activiteit, farmacokinetiek (PK) en farmacodynamiek, werden met succes behaald. De aanbevolen Fase 2 Dosis (RP2D) voor lymfoompatiënten is vastgesteld op het hoogste geëvalueerde dosisniveau van 100 mg, toegediend als een eenmaal wekelijkse infusie.

De maximaal getolereerde dosis werd niet bereikt. Een dosisbeperkende toxiciteit trad op bij één op de vijf patiënten die werden behandeld met het dosisniveau van 100 mg. Er werden geen dosisbeperkende toxiciteiten waargenomen bij andere dosisniveaus en er waren geen onverwachte toxiciteiten in het onderzoek.

In totaal werden 52 r/r lymfoompatiënten ingeschreven. Hiervan kregen 24 patiënten twee tweewekelijkse doses (BIW), terwijl 28 patiënten wekelijkse doses (QW) kregen. Van de 52 r/r-lymfoompatiënten waren er 15 gediagnosticeerd met PTCL, waarvan er 6 het BIW-regime en 9 het QW-regime kregen.

De studie met dosisescalatie onderzocht een reeks doses van 2,5 mg tot 100 mg, waarbij gebruik werd gemaakt van twee doseringsschema's: eenmaal-wekelijkse infusies (QW) en tweemaal-wekelijkse infusies. De belangrijkste bevindingen van het onderzoek zijn Werkzaamheid: Van de 34 evalueerbare r/r lymfoompatiënten bereikten er vijf (14,7%) een klinische respons met een afname van de tumorlast tot 62%. Nog eens zeven patiënten (20,6%) bereikten een stabiele ziekte, wat resulteerde in een totale ziektecontrole van 35,3%.

In de subgroep van PTCL-patiënten bereikten vier van de 11 (36,4%) evalueerbare patiënten een klinische respons. Veiligheid: Er waren geen geneesmiddelgerelateerde sterfgevallen op welk dosisniveau dan ook, en het geneesmiddel werd goed verdragen. Bij patiënten die behandeld werden met het BIW-regime leken er geen significante veiligheidsgebeurtenissen dosisafhankelijk te zijn.

Bij patiënten die het QW-regime kregen, traden bij hogere doseringen = G3 behandelingsgerelateerde ongewenste voorvallen (TRAE's) op, voornamelijk hematologische voorvallen. Niet-hematologische toxiciteiten waren zeldzaam op alle dosisniveaus, waarbij bij vijf van de 52 patiënten (9,6%) toxiciteiten van een hogere graad optraden, waaronder hypokaliëmie (3/52 patiënten, 5,8%), infectie van de bovenste luchtwegen (1/52 patiënten, 1,9%) en verhoging van bilirubine (1/52 patiënten, 1,9%). De maximaal verdraagbare dosis (MTD) werd niet bereikt, waarbij slechts 1/5 patiënten op het hoogste onderzochte dosisniveau (100 mg) een dosislimiterende toxiciteit (DLT) ondervonden.

Er werden geen dosisbeperkende toxiciteiten waargenomen op andere dosisniveaus en er waren geen onverwachte toxiciteiten in het onderzoek. Farmacokinetische (PK) gegevens: De blootstellingsparameters namen ongeveer evenredig toe met het dosisbereik van 30 mg tot 60 mg QW. De blootstelling bij 100 mg was het hoogst en de gemiddelde plasmaconcentratie bleef gedurende de langste periode (bijna 50 uur) boven IC90.

Farmacodynamische (PD) gegevens: De gewenste onderdrukkingsniveaus in het perifere bloed werden bereikt, wat leidde tot een afname van MCL1- of MYC-biomarkers bij alle (100%) onderzochte patiënten. Biomarkersuppressie was dosisafhankelijk bij patiënten die QW-dosering kregen. De bestudeerde biomarkers omvatten MYC en MCL1, waarbij toediening van SLS009 resulteerde in biomarkersuppressie op verschillende dosisniveaus in beide toedieningsschema's en een dosisafhankelijke afname in QW-groepen.

100 mg QW DL resulteerde in de langste aanhoudende remming van zowel MCL1 als MYC.