OSE Immunotherapeutics SA en het academisch ziekenhuis van Nantes hebben een positieve tussentijdse gegevensanalyse gepresenteerd van het eerste gebruik van anti-CD28 FR104/VEL-101 bij niertransplantatie tijdens de jaarlijkse bijeenkomst van de Franstalige Vereniging voor Transplantatie (SFT, Société Francophone de Transplantation) in Brest, Frankrijk (5-8 december 2023). De mondelinge mededeling, getiteld "First use of FR104, an anti-CD28 molecule in human kidney transplantation, interim analysis" (Eerste gebruik van FR104, een anti-CD28 molecule in menselijke niertransplantatie, tussentijdse analyse), ging over de eerste gegevens van de Fase 1/2 klinische studie FIRsT waarin FR104/VEL-101 (lokaal afkomstig van ITUN/CR2TI*) wordt geëvalueerd bij patiënten die een niertransplantatie ondergaan.

Deze studie wordt gesponsord en uitgevoerd door het Universitair Ziekenhuis van Nantes als onderdeel van een samenwerkingsovereenkomst met OSE Immunotherapeutics. Het doel van de FIRsT Fase 1/2 klinische studie is het onderzoeken van de veiligheid, verdraagbaarheid en farmacokinetiek van FR104/VEL-101, een nieuw antagonistisch gepegyleerd anti-CD28 Fab? antilichaam fragment, evenals de potentiële klinische werkzaamheid ervan op acute afstotingsprofylaxe en nierfunctie in een de novo niertransplantatiepopulatie die een allograft ontvangt van standaard criteria donoren (NCT nummer: NCT04837092).

Eén jaar na de transplantatie wordt een follow-upbeoordeling op langere termijn uitgevoerd. De veiligheid en werkzaamheid van FR104/VEL-101 gedurende één jaar wordt geëvalueerd op het gebied van nierfunctie, incidentie van afstoting en vermoedelijke potentieel gerelateerde bijwerkingen. Tien patiëntenkandidaten voor een eerste niertransplantatie met een laag risico op afstoting, zoals gepland in het protocol, zijn opgenomen in het FIRsT-onderzoek voor acht analyseerbare patiënten (twee patiënten werden gescreend en ingeschreven, maar om technische redenen niet getransplanteerd).

Tacrolimus (een calcineurineremmer) werd na 6 maanden na de transplantatie teruggetrokken. Zeven patiënten voltooiden een behandeling van 1 jaar met FR104/VEL-101 en één patiënt is nog in behandeling (maand 4). Bij deze tussentijdse analyse werd geen veiligheidswaarschuwing gedetecteerd voor FR104/VEL-101.

De bijwerkingen waren de bij niertransplantatie gebruikelijke bijwerkingen. Dankzij farmacologische monitoring kon de blootstelling aan FR104/VEL-101 worden geoptimaliseerd en kon een hoge receptorbezetting worden gehandhaafd tijdens de één jaar durende follow-up. Er werd geen acute afstoting onder FR104/VEL-101 waargenomen, vooral niet na stopzetting van tacrolimus.

Een van de belangrijkste uitdagingen bij orgaantransplantatie blijft het vervangen van calcineurineremmers door efficiënte immunosuppressieve behandelingen met minimale bijwerkingen, met name op de nierfunctie, om de levenskwaliteit van patiënten te behouden en de immuunreactie na transplantatie op de lange termijn onder controle te houden.