Atea Pharmaceuticals, Inc. kondigde de presentatie aan van nieuwe Fase 1, in vitro en in vivo gegevens die belangrijke profielkenmerken aantonen van Atea's belangrijkste kandidaat-geneesmiddel, bemnifosbuvir, voor de behandeling van COVID-19 en hepatitis C (HCV). Daarnaast worden nieuwe gegevens gepresenteerd voor AT-752 voor dengue en een nucleotide-analoog. Deze resultaten worden gepresenteerd op de 36(e) Internationale Conferentie over Antiviraal Onderzoek (ICAR 2023) die plaatsvindt van 13-17 maart 2023 in Lyon, Frankrijk. De belangrijkste hoogtepunten van de presentaties omvatten resultaten van een Fase 1 studie naar absorptie, distributie, metabolisme en
excretie (ADME) bij de mens voor bemnifosbuvir, waaruit een gunstig ADME-profiel blijkt ter ondersteuning van het doseringsschema dat wordt gebruikt in SUNRISE-3, een wereldwijde, multicenter Fase 3-registratiestudie voor de behandeling van COVID-19. In vitro studies naar interactie tussen metabolisme en transporter toonden aan dat bemnifosbuvir een laag risico heeft op interacties met geneesmiddelen die gewoonlijk worden voorgeschreven aan patiënten met een risico op progressie van COVID-19 en aan patiënten met een HCV-infectie. In vitro-onderzoeken toonden ook voordelen aan van het werkingsmechanisme van bemnifosbuvir, dat zich richt op geconserveerde gebieden van de virussen die COVID-19 en HCV-infectie veroorzaken. Deze voordelen omvatten een hogere barrière tegen resistentie en behoud van antivirale activiteit in aanwezigheid van COVID-19-varianten. Bovendien toonde de combinatie van bemnifosbuvir en ruzasvir voor de behandeling van HCV een krachtige in vitro synergetische antivirale activiteit en in vivo preklinische veiligheid zonder nadelige interacties. Resultaten van een in vitro resistentiestudie
uitgevoerd met het surrogaatvirus HCoV-229E in Huh7-cellen suggereren dat bemnifosbuvir mogelijk een hoge barrière heeft voor geneesmiddelenresistentie tijdens de behandeling van COVID-19 en andere coronavirusinfecties.