Het onderzoek komt nadat het Indonesische Hooggerechtshof vorige maand de gevangenisstraf van een lagere rechtbank bevestigde voor leidinggevenden van deze bedrijven wegens het manipuleren van documenten of het indienen van valse gegevens om exportvergunningen te verkrijgen.
Indonesië, dat goed is voor ongeveer 60% van de wereldwijde palmolieaanvoer, heeft vorig jaar strenge exportmaatregelen opgelegd, waaronder een vervoersverbod van drie weken, in een poging om de binnenlandse aanvoer veilig te stellen en zo de stijgende lokale bakolieprijzen te beteugelen.
De aanklagers zeiden dat de acties van de leidinggevenden namens hun bedrijven waren, de in Singapore gevestigde Wilmar Group en Musim Mas Group en de in Medan gevestigde Permata Hijau Group, en dat een onderzoek naar de bedrijven gericht was op het terugvorderen van de verliezen van de staat.
"Deze drie bedrijven moeten verantwoordelijk worden gehouden," zei Ketut Sumedana, woordvoerder van het kantoor van de procureur-generaal, in een verklaring van donderdag.
Musim Mas Group zei vrijdag dat het de juridische procedures respecteerde en volledig meewerkte met de autoriteiten. Wilmar Group zei dat er geen officiële aanklacht was ingediend en dat het bedrijf om opheldering over de kwestie had gevraagd.
Permata Hijau reageerde niet onmiddellijk op een verzoek om commentaar.
Een hoge ambtenaar van het Indonesische ministerie van Handel is in deze zaak ook gevangen gezet wegens machtsmisbruik.
Vorige maand heeft het Indonesische antimonopolieagentschap zeven bakoliebedrijven beboet voor het beperken van de verkoop tijdens de periode van schaarste van bakolie.
