De overeenkomst maakt deel uit van een bredere overeenkomst tussen de centrumlinkse minderheidsregering van Noorwegen en de oppositiepartij Socialistisch Links over een herziene fiscale begroting voor 2023.

De partijen kwamen overeen dat nieuwe gebouwen zonne-energie en/of lokaal geproduceerde energie moeten bevatten, tenzij projectspecifieke omstandigheden dit uitsluiten. De eis zal ook gelden voor grotere upgrades en renovatieprojecten.

Daarnaast moet de regering in 2024 wetgeving invoeren om dezelfde regels verplicht te stellen voor grotere commerciële gebouwen.

Het akkoord wil ook de vergunningen voor nieuwe commerciële zonne-energie-installaties vereenvoudigen en belemmeringen wegnemen voor het lokaal delen van door zonne-energie opgewekte elektriciteit.

In het kader van de begrotingsovereenkomst zal Noorwegen ook een doelstelling voor 2030 vastleggen voor 8 terawattuur (TWh) aan jaarlijkse zonne-energieproductie, ongeveer 5% van de gemiddelde jaarlijkse productie van het land van ongeveer 155 TWh.

De Noorse elektriciteitsproductie wordt gedomineerd door waterkracht en windenergie, maar het land zou al in 2027 met een elektriciteitstekort geconfronteerd kunnen worden.

Zonne-energie produceert volgens energieregulator NVE in Noorwegen momenteel ongeveer 0,3 TWh per jaar.

Noorwegen heeft een aanzienlijke achterstand op zijn Scandinavische buren: zonne-energie is goed voor 1,2% van de Zweedse stroomproductie in 2022, terwijl het 6,1% van de Deense stroomvraag voor zijn rekening neemt.