Kwan Yong Holdings Limited heeft een winstverwachting afgegeven voor het jaar eindigend op 30 juni 2020. Voor het jaar eindigend op 30 juni 2020 verwacht de onderneming een nettoverlies van ongeveer SGD15,2 miljoen vóór noteringskosten, vergeleken met een nettowinst van ongeveer SGD8,3 miljoen vóór noteringskosten voor het jaar eindigend op 30 juni 2019. Op basis van de momenteel beschikbare informatie is dit verwachte verlies voornamelijk toe te schrijven aan het volgende: (i) De ongekende uitbraak van het nieuwe coronavirus (het "COVID-19") in het begin van 2020, dat zich vervolgens ontwikkelde tot een wereldwijde pandemie, heeft de wereldwijde economische activiteiten ernstig verstoord. Het eerste geval van het COVID-19 dat zich eind januari 2020 in Singapore voordeed, heeft de voortgang van de lopende projecten van de Groep vertraagd. Door de uitbraak van COVID-19 in de Volksrepubliek China (de "VRC") konden de werknemers uit de VRC zich niet melden na het Chinese Nieuwjaar begin 2020. De Groep en zijn onderaannemers waren niet in staat om voldoende vervangende arbeiders te vinden om de werfwerken van de lopende projecten uit te voeren; (ii) In maart 2020 kondigde de federale regering van Maleisië het "Malaysia Movement Control Order" (het "Cordon Sanitaire") aan en voerde het uit als een preventieve maatregel in antwoord op het COVID-19. Het Cordon Sanitaire hield een verbod in op het verkeer van personen, wat sinds maart 2020 een negatieve invloed had op de toeleveringsketen van de Groep in bouwmaterialen tussen Maleisië en Singapore, wat leidde tot een vertraging van de bedrijfsactiviteiten; (iii) Om de verspreiding van COVID-19 tegen te gaan, hebben veel landen strenge volksgezondheidsmaatregelen ingevoerd, waaronder lockdowns en grenssluitingen om het verkeer van mensen te beperken. De regering van Singapore had ook stroomonderbrekingsmaatregelen ingesteld waarbij niet-essentiële bedrijfsactiviteiten werden opgeschort van 7 april 2020 tot en met 1 juni 2020 (beide dagen inbegrepen) (de "stroomonderbrekingsperiode"). Aangezien bouwwerken werden geïdentificeerd als niet-essentiële bedrijfsactiviteit volgens de stroomonderbrekingsmaatregelen, werden alle bouwwerven van de Groep opgeschort tijdens de stroomonderbrekingsperiode, wat op zijn beurt de vooruitgang van de bouwwerken van de Groep aanzienlijk heeft beïnvloed. Deze maatregelen hebben ertoe geleid dat de Groep tijdens deze periode bijna geen inkomsten heeft erkend, terwijl de Groep nog steeds verplicht was om de vaste bedrijfskosten te dragen.