De economie van de eurozone is in het eerste kwartaal van het jaar met 0,3% gegroeid, wat suggereert dat er nu een langzaam herstel aan de gang is na zes kwartalen van stagnerende of negatieve groei, aldus Eurostat op woensdag, waarmee het een voorlopige raming bevestigde.

In het vorige kwartaal werd de groei echter bevestigd op min 0,1%, wat erop wees dat het blok in een recessie verkeerde, zoals veel economen al lang hadden voorspeld.

De economie kromp zowel in het derde als in het vierde kwartaal met 0,1%, wat voldoet aan de traditionele definitie van een recessie van twee opeenvolgende kwartalen van negatieve groei.

Van de grootste landen in de eurozone presteerde Spanje het beste in het eerste kwartaal met een groei van 0,7%, terwijl Duitsland, Frankrijk en Italië allemaal op of net onder het gemiddelde van de eurozone zaten.

De werkgelegenheid groeide in het eerste kwartaal met 0,3%, wat het anekdotische bewijs bevestigt dat de arbeidsmarkt krapper bleef omdat bedrijven arbeid oppotten in afwachting van een aantrekkende groei.

Terwijl de Europese Centrale Bank de rente verhoogde tot een recordhoogte in de afgelopen jaren om de groei en inflatie sterk af te remmen, hielden bedrijven werknemers vast, in tegenstelling tot de meeste andere recessieperiodes.

De belangrijkste reden hiervoor is waarschijnlijk hun ervaring na de pandemie, toen ze moeite hadden om werknemers opnieuw in dienst te nemen en een groot deel van de dienstensector moeite had om te functioneren vanwege acute arbeidstekorten. (Verslaggeving door Balazs Koranyi; Bewerking door Hugh Lawson)