Minstens drie grote Chinese steden hebben vorige week de beperkingen op het kopen van huizen opgeheven, nu de Aziatische reus geleidelijk de vastgoedsector terugschroeft in een poging om zijn economie nieuw leven in te blazen.

Dalian en Shenyang, twee van de dichtstbevolkte steden in de noordoostelijke provincie Liaoning, kondigden afzonderlijk aan dat ze het aantal huizen dat inwoners kunnen kopen in de meeste delen van de stad niet langer zullen beperken, terwijl ze kopers subsidies en verkopers belastingvermindering bieden.

Nanjing, de provinciehoofdstad van de welvarende provincie Jiangsu, zei dat het mensen in vier districten toestaat flats te kopen zonder bewijs van geschiktheid, waardoor de laatste beperkingen op de aankoop van een huis worden versoepeld.

Deze aankondigingen volgen op een reeks nationale steunmaatregelen voor de vastgoedsector, waaronder lagere hypotheekrentes voor huizenkopers die voor het eerst een huis kopen.

China's door schulden geplaagde vastgoedsector is goed voor een kwart van de economische activiteit van het land. De sector zat in een neerwaartse spiraal sinds 2021, toen de regering ontwikkelaars ervan weerhield om schulden op te bouwen. (Verslaggeving door Yew Lun Tian; Redactie door Michael Perry)