Xencor, Inc. heeft de eerste klinische gegevens bekendgemaakt van zijn Fase 1a-studie bij gezonde vrijwilligers met één dosis van XmAb®564, dat wordt ontwikkeld voor patiënten met auto-immuunziekten. XmAb564 is een volledig eigen, monovalent interleukine-2 Fc-fusie-eiwit (IL-2-Fc), ontworpen met een drastisch verlaagde potentie en verhoogde bindingsaffiniteit voor de IL-2 alfa-receptor (CD25), wat resulteert in selectieve activering van regulerende T-cellen (Tregs). Tregs bestrijden auto-immuniteit door andere immuuncellen ervan te weerhouden normaal weefsel aan te vallen; bij veel auto-immuunziekten raken Tregs echter ontregeld.

Het Fase 1 onderzoek met XmAb564 in een enkele oplopende dosis was bedoeld om de veiligheid, verdraagbaarheid en farmacokinetiek ervan bij gezonde vrijwilligers te karakteriseren, en het onderzoek omvatte een analyse van belangrijke immunomodulerende biomarkers. Aan de studie namen 48 proefpersonen deel, met zes cohorten op dosisniveau die elk zes proefpersonen randomiseerden naar XmAb564 en twee proefpersonen naar placebo. De enkelvoudige doses varieerden van 0,003 mg/kg tot 0,065 mg/kg.

XmAb564 werd op alle dosisniveaus goed verdragen. Bijwerkingen (AE) waren graad 1 of graad 2 en verdwenen zonder interventie, en er werden geen ernstige AE's waargenomen. De meest voorkomende bijwerking was injectieplaatsreactie.

Uit laboratoriumtests bleek dat sommige proefpersonen een voorbijgaande toename van eosinofielen hadden, hoewel er geen eosinofielgerelateerde bijwerkingen werden waargenomen. Deze laboratoriumstijging kan verband houden met het werkingsmechanisme van CD25-gerichte IL-2 kandidaat-geneesmiddelen. Tijdens de gehele studie werd een dosisafhankelijke en selectieve uitbreiding van CD25bright en totale Tregs waargenomen.

De uitbreiding van CD25bright Tregs met ten minste een 10-voudige toename ten opzichte van de uitgangswaarde begon bij het derde dosisniveau en bereikte een 117-voudige toename ten opzichte van de uitgangswaarde bij de hoge dosis. Het totale aantal Tregs nam bij de hoge dosis 8-voudig toe ten opzichte van de uitgangswaarde. Een belangrijke maatstaf voor selectiviteit, de verhouding tussen Tregs en conventionele T-cellen (waaronder effector T-cellen) nam consequent toe op dosisafhankelijke wijze, met een verhouding van 0,14 bij de hoge dosis vergeleken met < 0,01 voor placebo.

Een duidelijke toename van Tregs tot ten minste dag 21, met meer dan 50 CD25bright Treg-cellen/µl en 100 totale Tregs/µl bij de hoge dosis, biedt mogelijk uitzonderlijke duurzaamheid en ondersteunt het onderzoek naar gedifferentieerde doseringsschema's van meerdere weken in verdere klinische studies. Er werd een minimale toename van natural killer (NK)-cellen en conventionele T-cellen (Tcons) waargenomen.