Romios Gold Resources Inc. meldt dat het een reeks hoogwaardige goudaders heeft ontdekt met een waarde van 12,65 g/t Au tot 72,6 g/t Au in vier van de vijf monsters op zijn claimblok North West in de Gouden Driehoek van NW British Columbia. De aders lijken te worden beheerst door een goed ontwikkelde reeks NW-Zuidoost gerichte breuken. Vier hoogwaardige goudaders leverden 4 analyses op tussen 12,65 en 72,6 g/t Au.

Een 5e analyse van 1,23 g/t Au kwam van een chipmonster < 2 m van een historische analyse van 16,5 g/t Au en 4 m van het resultaat van 12,65 g/t Au, wat erop wijst dat er sprake kan zijn van een onregelmatige verdeling van goud in sommige aders. De gemineraliseerde aders zijn verspreid langs een >500 meter lange trend op het noordwestelijke claimblok van Romios. Deze resultaten zijn afkomstig van chipmonsters over aderbreedtes van 10 tot 60 cm binnen breukzones van 1 m tot meer dan 8 m breed.

Anomale goudniveaus van 0,14 tot 0,45 g/t Au werden gedetecteerd in 5 andere aders, evenals in een met kwarts overstroomde, pyritische vlek in het gastgranodioriet, waar ook 0,57% Cu werd gemeten. De grootste en meest gemineraliseerde aders liggen meestal in een NW-ZO richting, parallel aan een nabijgelegen prominente reeks nog niet verkende lineamenten/breukstructuren tot 1 km lang die zichtbaar zijn op recente satellietbeelden. De gastgesteenten maken deel uit van de Texas Creek plutonische reeks, dezelfde reeks intrusies die in verband wordt gebracht met meerdere vroegere producenten en belangrijke afzettingen in de Gouden Driehoek, waaronder Silbak Premier, Scottie Gold, KSM, SNIP, enz.

Het gebied tussen de blootgelegde gemineraliseerde aders is bedekt met een laag gletsjermassa van een zich snel terugtrekkende gletsjer. Het is momenteel niet bekend of de hoogwaardige aders die in 2022 zijn bemonsterd, verbonden zijn langs één enkele structuur, maar ze liggen in dezelfde richting als een prominente reeks NW-ZO lineamenten die beginnen in de uitgebreide ontsluitingen op ongeveer 200 m naar het zuidwesten. Dit geheel van potentiële controlerende structuren is de afgelopen jaren niet specifiek aangepakt en vormt nu een hoog prioritair doel voor toekomstig onderzoek.