Nord Stream wil meer dan 400 miljoen euro (436 miljoen dollar) van zijn verzekeraars in verband met explosies in 2022 die pijpleidingen hebben gescheurd die bedoeld zijn om Russisch gas naar Duitsland te transporteren, zo blijkt uit rechtbankdossiers.

Nord Stream AG noemt Lloyd's Insurance Company en Arch Insurance (EU) DAC als gedaagden in haar rechtszaak, die vorige maand werd ingediend bij het Hooggerechtshof in Londen.

In de gerechtelijke stukken staat dat de huidige voorlopige schatting van Nord Stream van "de kosten om de pijpleiding te ontwateren en te stabiliseren, om een volledige reparatie uit te voeren en om de verloren gasvoorraad te vervangen" tussen de 1,2 miljard en 1,35 miljard euro ligt.

De rechtszaak van Nord Stream zegt ook dat een van de pijpleidingen er "gemangeld en vervormd" uitzag in één gebied waar hij beschadigd was, maar "glad leek en doorgesneden" in een ander gebied.

Lloyd's weigerde commentaar te geven. Nord Stream en Arch reageerden niet onmiddellijk op een verzoek om commentaar.

De rechtszaak richt zich op de explosies in september 2022 die de pijpleidingen Nord Stream 1 en Nord Stream 2 hebben doen scheuren. Zweden - dat vorige maand zijn onderzoek stopzette - en Duitsland hebben beide sporen van explosieven met betrekking tot het incident gevonden, wat suggereert dat het een opzettelijke daad was.

Rusland en het Westen, die met elkaar in de clinch liggen over de invasie van Moskou in Oekraïne, hebben elkaar met de vinger gewezen. Beide partijen hebben elke betrokkenheid ontkend en niemand heeft de verantwoordelijkheid op zich genomen.

Nord Stream klaagt in haar rechtszaak alle verzekeraars aan die haar allriskpolis voor offshore-exploitatie en haar allriskpolis voor eigen risico hebben onderschreven.

Volgens de rechtbankdocumenten klaagt Nord Stream Lloyd's aan namens zichzelf en als vertegenwoordiger van anderen die polissen onderschrijven die zijn uitgegeven door verzekeraars waaronder Munich Re, die geen commentaar wilde geven. (Verslag van Sam Tobin en Kirstin Ridley)