LYFT, INC. 
In een voorgestelde class action op dinsdag zeiden aandeelhouders dat Lyft onzorgvuldig was door op 13 februari aanvankelijk te zeggen dat een van haar winstmarges in 2024 met 500 basispunten, of 5 procentpunten, zou toenemen, terwijl het eigenlijk 50 basispunten verwachtte.
De fout die om 16:05 EST (2105 GMT) bekend werd gemaakt, veroorzaakte een koopwoede waardoor de aandelenkoers van Lyft in een half uur tijd met 67% steeg.
"Het was een grove fout, en dat is mijn schuld," vertelde Chief Executive David Risher de volgende dag aan CNBC.
Aandeelhouders zeiden dat de aandelen het grootste deel van de winst verloren nadat Chief Financial Officer Erin Brewer de correcte margevoorspelling gaf om 16:47 tijdens een conferentiegesprek met investeerders. Ze zeiden dat Lyft nog eens zeven minuten wachtte om de fout formeel toe te geven.
"De onjuiste voorstelling van zaken was zo duidelijk dat het verder ging dan louter nalatigheid en neerkwam op een roekeloze onverschilligheid voor de waarheid," aldus de aanklacht in de federale rechtbank van San Francisco.
Lyft reageerde woensdag niet onmiddellijk op verzoeken om commentaar.
De rechtszaak eist schadevergoeding voor beleggers die Lyft-aandelen kochten tegen "opgeblazen prijzen" tussen 16:05 en 16:51 op 13 februari.
In die periode steeg de marktwaarde van Lyft met maar liefst $3,2 miljard, om vervolgens ongeveer $2,9 miljard van die stijging te verliezen.
Aandeelhouders zeiden ook dat Risher en Brewer "gemotiveerd" waren om het herstellen van de fout uit te stellen om hun op aandelen gebaseerde prestatiebonussen op te krikken, omdat beleggers die gewed hadden dat de koers van Lyft zou dalen, gedwongen werden om hun shortposities te dekken.
Op 31 januari was ongeveer 13% van de aandelen van Lyft short gegaan, vergeleken met 3% bij de grotere rivaal Uber.
De zaak is Chen v Lyft Inc et al, U.S. District Court, Northern District of California, nr. 24-01330. (Verslaggeving door Jonathan Stempel in New York Redactie door Tomasz Janowski)
