Het eerste halfjaar van 2023 legde het bedrijf alvast geen strobreed in de weg. We zagen immers een omzetgroei van 8 % en de internationale expansie gaat gestaag door. Dit geldt zowel voor Europa als voor de Verenigde Staten en Zuidoost-Azië, waar de groep, het is maar dat je weet, zijn verkoop in vijf jaar tijd heeft vermenigvuldigd met twintig. Je leest het goed.

Alle cijfers zijn positief: marges, rendement op geïnvesteerd kapitaal, voorraadrotatie, noem maar op. Trouw aan zijn ondernemersgeest is JD net zo snel in het openen van nieuwe winkels als in het sluiten van vestigingen die niet presteren. Het eerste semester van het lopende fiscale jaar bewijst dit opnieuw.

De prestaties over tien jaar zijn uitzonderlijk, met een omzet die vertienvoudigd is en een bedrijfswinst die nog sneller groeit. Die expansie werd volledig zelf gefinancierd, zonder de financiële positie in gevaar te brengen, die nog steeds solide is.

In feite heeft de groei twee derde van de operationele kasstromen opgeslokt, waardoor de groep - naast het uitkeren van een klein dividend - een ware oorlogskas heeft kunnen opbouwen. Dit beschermt het concern tegen een economische neergang en positioneert het voor een mogelijke grote overname.

De 3 miljard pond die tussen 2013 en 2023 is geïnvesteerd in de wereldwijde ontwikkeling van het merk, heeft uitstekende rendementen opgeleverd - moeilijk te kwantificeren, maar duidelijk aan de hoge kant.

Er is reden om te geloven dat de familie Rubin - die JD controleert via haar holding Pentland Group - in de toekomst net zo waakzaam zal blijven over de prestaties van het geïnvesteerde kapitaal als in het verleden.

Ondanks deze troeven en recente aandeleninkopen door leden van het managementteam blijft de waardering van JD op het laagste punt in tien jaar. Beleggers lijken te speculeren dat de beste dagen van het merk nu achter de rug zijn.