Chemomab Therapeutics Ltd. meldt dat gegevens die de rol van CCL24 als therapeutisch doelwit voor systemische sclerose (SSc) ondersteunen, deze week op een poster worden gepresenteerd op het Europese Reumatologiecongres van de EULAR. Het CCL24-neutraliserende antilichaam van Chemomab, CM-101, zal naar verwachting later dit jaar aan een fase 2-studie bij systemische sclerose beginnen. De studie, die werd uitgevoerd in het laboratorium van professor Francesco Del Galdo, leider van het Raynaud's and Scleroderma Programme aan de Universiteit van Leeds in het VK, onderzocht de rol van CCL24 in longitudinale diffuse cutane systemische sclerose (dcSSc) patiëntencohorten door de serumniveaus van CCL24 te correleren met markers van ziekteactiviteit en ziekteprogressie.

De bevindingen ondersteunen de rol van CCL24 als een potentieel therapeutisch doelwit, en tonen verhoogde serumspiegels van CCL24 aan bij patiënten met dcSSc. Hoge CCL24-serumspiegels waren gecorreleerd met ziekteactiviteit en slechtere prognose, zoals blijkt uit hoge fibrotische activiteit en verslechtering van de longfunctie in de loop van de tijd. Hoogtepunten van de studie waren onder meer: dcSSc-patiënten met positieve anti-topoisomerase-antilichamen (ATA) hadden hogere CCL24-spiegels. ATA is een type anti-nucleaire antilichamen dat bij dcSSc-patiënten wordt gezien en dat gecorreleerd is met snelle ziekteprogressie.

Bij dcSSc-patiënten die ATA-positief zijn en hoge CCL24-spiegels hebben, werden hogere ELF-scores aangetoond. De ELF-score (verhoogde leverfibrose) is een onafhankelijke, gevalideerde biomarker van huid- en longbetrokkenheid bij SSc. CCL24 niveaus op de basislijn waren positief geassocieerd met ELF scores. CCL24 niveaus op baseline waren gecorreleerd met verslechtering van de longziekte, gemeten aan de hand van vermindering van de geforceerde vitale capaciteit (FVC) na 12 maanden. Hoge CCL24 niveaus op baseline voorspelden verslechtering van de longfunctie (subanalyse bij patiënten die op baseline een normale FVC vertoonden).

De auteurs concluderen dat de studiegegevens de beweegredenen versterken om het therapeutisch nut van een CCL24-neutraliserend antilichaam in klinische proeven voor systemische sclerose te evalueren.