Bright Minds Biosciences heeft de succesvolle voltooiing aangekondigd van 28-daagse toxiciteitsstudies met herhaalde toediening voor haar hoofdproduct, BMB-101. Belangrijk is dat er geen belangrijke toxicologische bevindingen waren na tweemaal daags oraal toedienen van BMB-101 gedurende de gehele studieperiode. De studies werden uitgevoerd door de contract-onderzoekspartner van het bedrijf, ITR Laboratories Canada in Baie d’Urfé, Québec, Canada. Er werden orale toxiciteitsstudies met herhaalde doses uitgevoerd bij muizen en honden. Uit deze studies, die in overeenstemming waren met de Good Laboratory Practice (GLP), bleek dat BMB-101, in doses tot 40 en 30 mg/kg/dag bij respectievelijk muizen en honden, op alle dosisniveaus goed werd verdragen. Deze gegevens geven nieuwe informatie over een gebrek aan belangrijke toxische effecten na 28 dagen, waaronder een gebrek aan effect op de doelorganen. Bij beide diersoorten werd een NOAEL (no-observed-adverse-effect level) vastgesteld, dat zal worden gebruikt bij de keuze van begindosisniveaus en voor de vaststelling van veiligheidscriteria voor blootstelling van de mens. BMB-101, een 5-HT2C selectieve en bevooroordeelde agonist, heeft in een groot aantal in-vitro en in-vivo niet-klinische tests overtuigende activiteit aangetoond. Vergeleken met Locaserin vertoont BMB-101 een sterke Gq-signalering, gecombineerd met een minimale aanwerving van beta arrestine. Mechanistisch gezien is serotonine (5- hydroxytryptamine, 5-HT) een monoamine neurotransmitter die op grote schaal in het centrale zenuwstelsel tot expressie komt, en geneesmiddelen die 5-HT moduleren hebben een grote invloed gehad op psychische stoornissen. Centrale 5-HT systemen worden al lang in verband gebracht met de controle van het eetgedrag en de modulatie van gedragseffecten van psychostimulantia, opioïden, alcohol en nicotine. In het afgelopen decennium zijn de verschillende 5-HT receptor subtypes gekloond en gekarakteriseerd. Resultaten van klinische proeven en dierstudies wijzen erop dat 5-HT2C up receptor agonisten therapeutische mogelijkheden kunnen hebben bij de behandeling van verslaving door de inname van opioïden te verminderen, evenals impulsief gedrag dat compulsief drugsgebruik kan doen escaleren.