Er is de komende dagen geen tekort aan gebeurtenissen, gegevens en hoogdrama voor de markten.

Het geruzie over het schuldenplafond in Washington gaat door, de Griekse kiezers gaan naar de stembus en uit gegevens van de Verenigde Staten tot China en Europa kan blijken hoe snel de inflatie en de economische groei afnemen.

Kevin Buckland in Tokio, Lewis Krauskopf in New York, Naomi Rovnick in Londen en Yoruk Bahceli in Amsterdam kijken naar de komende marktweek.

1/ USA WATCH

Kritische Amerikaanse inflatiecijfers zullen beleggers in staat stellen te meten of de Federal Reserve haar renteverhogingscyclus zal kunnen pauzeren, zoals velen op Wall Street verwachten.

De prijsindex voor de persoonlijke consumptie-uitgaven (PCE), die door de Fed wordt gevolgd, wordt vrijdag verwacht voor april.

De index steeg in maart met 0,1%. Dat was de kleinste stijging sinds juli en nu de consumentenprijsindex in april vertraagde tot minder dan 5% op jaarbasis, groeide de hoop op een piek in de rente.

De notulen van de laatste Fed-vergadering van woensdag kunnen meer aanwijzingen geven over de vraag of een rentepauze nabij is.

De markten worden ook geconfronteerd met de deadline van 1 juni waarop de federale overheid in gebreke kan blijven als het nationale schuldenplafond niet wordt verhoogd. Er zijn enkele positieve signalen voor een akkoord, maar krantenkoppen die suggereren dat een akkoord buiten bereik blijft, zullen waarschijnlijk wegen op de markten.

2/ STUTTERING

Het sentiment ten aanzien van China slaat om, nu de zwakke consument het post-pandemische herstel, dat de Amerikaanse en Europese neergang had moeten compenseren, afbreekt.

De yuan bereikte de afgelopen dagen een dieptepunt van 5,5 maand en de economische verrassingsindex van Citi voor China staat op het laagste punt sinds januari. De verwachtingen voor stimuleringsmaatregelen - monetair, fiscaal of beide - nemen toe. Hoewel China in mei voor de negende maand zijn referentietarieven voor leningen ongewijzigd heeft gelaten.

Ondertussen nemen de geopolitieke spanningen toe nadat China in een gezamenlijk communiqué van de G7 van zaterdag werd genoemd in verband met kwesties als Taiwan, kernwapens, economische dwang en mensenrechtenschendingen.

De consumentenprijscijfers uit Tokio van vrijdag, die enkele weken voorlopen op de nationale cijfers, staan centraal voor de waarnemers van de Bank of Japan. Traders hebben het bijna opgegeven dat de BOJ in juni een hawkish shift zal maken, waardoor de markten mogelijk voor een onaangename verrassing komen te staan bij een zeer sterke print.

De Reserve Bank of New Zealand komt woensdag bijeen en de verwachtingen voor een renteverhoging met een half punt zijn gestegen na een expansievere begroting dan verwacht.

3/ TEFLON PMI

Voor aandelen kunnen goede cijfers slecht nieuws zijn.

De samengestelde inkoopmanagersindex van S&P Global voor de VS, die wordt gezien als een real-time graadmeter voor de bedrijfsomstandigheden, is al vijf maanden gestegen. Als de verbetering aanhoudt in de volgende enquête, die op 23 mei samen met de PMI's wereldwijd wordt gepubliceerd, kan dat beleggers teleurstellen die de aandelenwaarderingen hebben opgedreven omdat ze een recessie verwachten.

Grote technologieaandelen die de Amerikaanse indexen domineren, kunnen het goed doen wanneer de economie zwak is, omdat dit de weddenschappen aanmoedigt dat de Fed de rente zal verlagen, waardoor de risicobereidheid voor bedrijven met startende innovatie in hun bedrijfsplannen toeneemt.

Voor Europa is het beeld gemengd. Beter dan verwachte PMI's kunnen gunstig zijn voor regionale aandelen. Maar de Stoxx Europe 600 index, die dit jaar met 10% is gestegen, werd ook gesteund door de Amerikaanse recessievrees die beleggers ertoe aanzet om te diversifiëren naar Europa.

4/ VERDWIJNENDE STER

Sterling is de best presterende valuta ten opzichte van de dollar tot nu toe dit jaar, mede dankzij de verwachting dat de Bank of England de rente verder zal verhogen ten opzichte van de huidige 4,5%.

Dit verhaal kan echter aan kracht verliezen als uit de inflatiecijfers van woensdag blijkt dat de prijsstijgingen afnemen.

De Britse inflatie bedroeg in maart 10,1%, de hoogste in West-Europa. Maar sindsdien zijn er tekenen van een afkoelende arbeidsmarktinflatie: de Britse werkloosheid is opgelopen tot 3,9%. En terwijl de jaarlijkse loonstijging in maart op 5,8% bleef steken, daalde het aantal mensen dat van baan veranderde verder.

Sommige economen denken dat de loonstijging zal afzwakken, wat erop wijst dat de Britse rente zijn hoogtepunt heeft bereikt - en daarmee de kracht van het Britse pond.

5/ WEER NAAR DE STEMBUS?

De regerende Griekse partij Nieuwe Democratie boekte zondag een verpletterende overwinning bij de parlementsverkiezingen, maar haalde net niet de drempel die nodig is om zelf een regering te vormen.

Vanaf maandag geeft de Griekse president Katerina Sakellaropoulou de drie grootste partijen - Nieuwe Democratie, Syriza en de socialistische PASOK - elk drie dagen de tijd om een coalitieregering te vormen. Als ze allemaal falen, zal een overgangsregering worden aangesteld om ongeveer een maand later nieuwe verkiezingen voor te bereiden.

De markten juichten de resultaten toe - de Griekse obligatierente daalde, de spreads werden kleiner en de aandelen stegen in reactie daarop en verlengden hun recente outperformance.

Velen zien de verkiezingen als de laatste stap om Griekenland weer een investment-grade kredietrating te geven, meer dan tien jaar nadat het land was afgewaardeerd tot junk.