De obligatierente in de eurozone bleef dinsdag stabiel in afwachting van belangrijke inflatiecijfers uit Europa en de VS later in de week, die mede kunnen bepalen hoeveel de Europese Centrale Bank en de Federal Reserve de leenkosten dit jaar verlagen.

Eerst komen de Duitse cijfers over de consumentenprijzen op woensdag, dan de cijfers voor de hele eurozone op donderdag en de Amerikaanse cijfers over de persoonlijke consumptieve bestedingen, de inflatiemaatstaf waar de Fed op mikt, op vrijdag.

De rente op Duitse 10-jaars obligaties, de benchmark voor het euroblok, bleef onveranderd op 2,545%.

De 10-jaars rente van Italië was 0,5 basispunten (bps) hoger op 3,84% en het verschil tussen Italiaanse en Duitse bunds bedroeg 128 bps.

Het rendement op tweejaars Duitse obligaties, dat gevoeliger is voor de renteverwachtingen van de ECB, bleef onveranderd op 3,04%.

De spread tussen Amerikaans schatkistpapier met een looptijd van 10 jaar en Duitse bunds nam af tot 190 basispunten. (Verslag door Samuel Indyk)