Sterling stond het laatst 0,18% lager op $1,2669, waarmee het iets teruggaf van de winst van vrijdag van 0,63%, nadat de Amerikaanse inflatiecijfers zachter uitvielen dan verwacht, en de greenback over de hele linie lager stuurden.
Het pond bleef stabiel ten opzichte van de euro op 85,94 pence.
Het behoorde tot de best presterende valuta's ten opzichte van de dollar in de eerste helft van het jaar, met een winst van 4,8%, dankzij de verwachting dat de Britse rente meer zou stijgen dan velen oorspronkelijk verwachtten en langer hoger zou blijven.
Maar analisten beginnen zich nu af te vragen of het positieve effect van hogere rentetarieven voor de Britse munteenheid is uitgewerkt.
De vooruitzichten voor sterling zijn een strijd tussen relatief hoge rentes en slechte groeivooruitzichten, zei Paul Robson, hoofd van de G10 FX-strategie bij NatWest, in een notitie.
Het pond zal naar verwachting de komende drie jaar een grote rendementspremie ten opzichte van de euro behouden en zijn premie ten opzichte van de dollar verhogen, aldus Robson, maar "de mate waarin dit sterling ondersteunt, zal afhangen van de bijkomende schade die het aan de Britse economie toebrengt".
De leenkosten van de Britse overheid, zoals die tot uiting komen in de rente op tweejarige obligaties, zijn dit jaar omhooggeschoten. Gilts met een looptijd van twee jaar leveren ongeveer 5,3% op en zijn tot nu toe dit jaar met 160 basispunten gestegen, vergeleken met een stijging van 53 basispunten voor tweejaars Treasuries en een stijging van 56 basispunten voor de Duitse Schatz-rente.
Het kost de Britse overheid meer om twee jaar te lenen dan de regeringen van Italië of Griekenland.
De stijging van de giltrente wordt ondersteund door de verwachtingen van een verdere verkrapping door de Bank of England, die twee weken geleden de rente met een halve punt verhoogde tot 5% en waarvan de markten verwachten dat ze tijdens haar vergadering begin augustus een identieke verhoging zal doorvoeren.
De geldmarkten laten zien dat handelaren geloven dat de rente in het VK nu pas bijna halverwege 2024 zijn hoogtepunt zal bereiken, wanneer hij zou kunnen oplopen tot 6,20%.
Een maand geleden was de verwachting een piek, of eindpercentage, van ongeveer 5,3% tegen het einde van dit jaar, met de eerste renteverlaging een paar maanden later, maar zoals de zaken er nu voor staan, verwachten handelaren geen renteverlagingen tot augustus volgend jaar.
"Deze grote sprong in de Britse rente heeft het pond beter laten presteren dan zijn soortgenoten, met een stijging van 5% ten opzichte van de Amerikaanse dollar, en met maar liefst 13,5% ten opzichte van de Japanse yen," aldus Michael Hewson, marktstrateeg bij CMC Markets.
"Terwijl de financiële markten proberen te bepalen hoeveel renteverhogingen er nog komen, is de volgende vraag hoe lang ze op het huidige niveau moeten blijven en wat er gebeurt als de deflatie die al zichtbaar is in de PPI-cijfers zich begint te manifesteren in de kerninflatiecijfers," zei hij.
Er is een scherpe daling van de groothandelsprijzen die deel uitmaken van de producentenprijsindex (PPI) naar een jaarlijks percentage van 0,5%, na een piek van 24,3% afgelopen juni.
Speculanten hebben nu de grootste bullish positie in sterling sinds april 2018, toen de posities hun hoogste niveau bereikten sinds 2014, twee jaar voor het Brexit-referendum.
Wekelijkse gegevens van de Commodity Futures Trading Commission toonden vrijdag aan dat netto niet-commerciële marktspelers een long positie in sterling aanhielden ter waarde van $4,142 miljard.
Op de achtergrond suddert voor het pond de crisis bij Thames Water, de grootste waterleverancier van Groot-Brittannië. De regering overweegt om het bedrijf tijdelijk staatseigendom te geven, omdat het worstelt met een schuldenberg van 14 miljard pond ($17,7 miljard). ($1 = 0,7896 pond)
