De voorzitter van de Amerikaanse Federal Reserve, Jerome Powell, sloot verdere verhogingen tijdens opeenvolgende Fed-vergaderingen niet uit, terwijl Christine Lagarde, voorzitter van de Europese Centrale Bank, de verwachting bevestigde dat de bank de rente in juli zal verhogen en zei dat een dergelijke stap "waarschijnlijk" was.
"Het beleid is niet lang genoeg restrictief geweest," zei Powell tegen een jaarlijkse bijeenkomst van centrale bankiers die door de ECB werd georganiseerd in het Portugese bergresort Sintra.
"Ik zou het verplaatsen in opeenvolgende vergaderingen absoluut niet van de tafel halen," zei hij. De volgende vergadering van het Federal Open Market Committee staat gepland voor 25-26 juli.
Powell zei dat vooral de Amerikaanse arbeidsmarkt verder moest verzachten om de druk op de prijzen te verminderen. Hoewel hij erkende dat er een "aanzienlijke kans" bestaat dat dit tot een neergang zou kunnen leiden, zei hij dat dit "niet het meest waarschijnlijke geval" was.
Lagarde zei dat het mogelijk was dat de kwakkelende economie van de eurozone dit jaar in een regelrechte recessie terecht zou kunnen komen, maar benadrukte dat dit niet de basisverwachting van de ECB was.
"We hebben nog een lange weg te gaan," zei ze over de strijd tegen de inflatie. "We zien nog niet genoeg tastbaar bewijs dat de onderliggende inflatie, met name de binnenlandse prijzen, stabiliseert en daalt."
De gouverneur van de Bank of England, Andrew Bailey, vertelde hetzelfde panel dat de onverwachte renteverhoging van 50 basispunten van vorige week een weerspiegeling was van een veerkrachtige economie en aanhoudende inflatie, en voegde eraan toe dat de BoE op dit moment geen recessie voorspelde.
Over toekomstige beleidsmaatregelen om de inflatie in het VK te verlagen, die de hoogste is onder de rijke landen van de Groep van Zeven (G7), zei Bailey het volgende: "We zullen doen wat nodig is."
Kazuo Ueda, gouverneur van de Bank of Japan, had een duidelijk andere boodschap dan de anderen in het panel. Hij zei dat de BOJ een goede reden zou zien om van haar relatief lossere monetaire beleid af te stappen als het "redelijk zeker" zou worden dat de inflatie in 2024 zou versnellen na een periode van matiging.
Hoewel de inflatie boven de 3% lag, hield de BOJ het monetaire beleid soepel omdat de onderliggende inflatie onder haar doelstelling van 2% bleef, zei Ueda. (Verslaggeving door Balazs Koranyi en Francesco Canepa in Sintra; geschreven door Mark John; bewerkt door Catherine Evans)
