Groei bedrijfsleven eurozone vertraagd in mei door problemen fabrieken-PMI

De bedrijvigheid in de eurozone werd vorige maand ondersteund door de dominante dienstensector van het blok, die een steeds sterkere daling in de productiesector compenseerde, volgens een onderzoek waaruit ook bleek dat de algemene prijsdruk was afgenomen.

De definitieve samengestelde inkoopmanagersindex (PMI) van HCOB, samengesteld door S&P Global en gezien als een goede graadmeter voor de algehele economische gezondheid, daalde van 54,1 in april naar een driemaandelijks dieptepunt van 52,8 in mei.

Hoewel nog steeds ruim boven de 50-grens die groei van krimp scheidt, was het lager dan de voorlopige schatting van 53,3.

"De relatief veerkrachtige groei van de dienstensector zou ervoor moeten zorgen dat de eurozone weer wat voet aan de grond krijgt en in het tweede kwartaal een positieve expansie laat zien nadat het BBP in de periode oktober-maart stagneerde," zei Cyrus de la Rubia, hoofdeconoom bij Hamburg Commercial Bank.

De PMI voor de dienstensector daalde van het hoogste niveau van april (56,2) naar 55,1, onder de flashwaarde van 55,9. Uit een PMI voor de verwerkende industrie die vorige week werd gepubliceerd, bleek dat de neergang van de fabrieksactiviteit zich verdiepte doordat de vraag afnam ondanks de dalende prijzen.

De algemene kostendruk was lager in mei en zowel de samengestelde input- als outputprijsindex daalde. De outputindex daalde van 56,8 naar 56,4, het laagste cijfer sinds april 2021.

Dit zal waarschijnlijk worden toegejuicht door de beleidsmakers van de Europese Centrale Bank, die de inflatie nog niet op het streefcijfer hebben gekregen, maar het was grotendeels te danken aan het feit dat fabrieken hun prijzen verlaagden terwijl dienstverlenende bedrijven, die nauwlettend in de gaten worden gehouden door de ECB, hun tarieven sneller verhoogden.

Desondanks bleef de vraag naar diensten stijgen en breidden bedrijven hun personeelsbestand uit, zij het in een trager tempo. De werkgelegenheidsindex daalde van het hoogste cijfer van 11 maanden in april (55,6) naar 54,6.

"De dienstensector wordt gesteund door de sterke arbeidsmarkt, stijgende lonen en een toeristische sector die in heel Europa bloeit," zei De la Rubia.

"Dit laatste wordt bevestigd door de nieuwe PMI voor exportbedrijven, waarin de aan toerisme gerelateerde vraag is opgenomen en die in mei in de buurt van zijn piek in de reeks bleef."