De Verenigde Staten en zes andere landen hebben woensdag de digitale afpersingsbende die opereert onder de naam "Lockbit" aangewezen als 's werelds grootste ransomware-bedreiging.

In een gezamenlijk advies zeiden de Amerikaanse, Canadese, Britse, Franse, Duitse, Australische en Nieuw-Zeelandse cyberautoriteiten dat de afpersingssoftware van Lockbit, die wordt gebruikt om de gegevens van slachtoffers te vervormen totdat er losgeld wordt betaald, het meest wordt gebruikt door cybercriminelen.

"In 2022 was LockBit de meest gebruikte ransomware-variant ter wereld en ook in 2023 is LockBit nog steeds de meest gebruikte variant," aldus het advies, eraan toevoegend dat de bende en haar dochterondernemingen "organisaties, zowel groot als klein, over de hele wereld negatief hebben beïnvloed".

Ransomware is al jaren een online bedreiging en de zaken eromheen zijn steeds geraffineerder geworden. Lockbit is een van de verschillende groepen die gebruik maakt van een affiliate model, waarbij andere cybercriminelen hun code en infrastructuur mogen gebruiken in ruil voor een deel van de winst.

Het advies noemde slechts harde cijfers uit drie landen, met 1.700 gerapporteerde of bevestigde Lockbit-gerelateerde incidenten in de Verenigde Staten, 69 in Frankrijk en 15 in Nieuw-Zeeland. Maar Lockbit is verantwoordelijk voor een groot deel van de ransomware-incidenten die door alle zeven regeringen worden bijgehouden, volgens de advisory, die zegt dat de betrokken agentschappen tussen de 11% en 23% van alle recente hacks die op losgeld uit zijn aan de groep toeschrijven.

Duitse, Canadese en Australische ambtenaren reageerden niet onmiddellijk op berichten waarin om meer details en cijfers werd gevraagd. Britse autoriteiten weigerden commentaar te geven.

Het is logisch om Lockbit te beschrijven als een top ransomware speler, zei Brett Callow, een analist bij cyberbeveiligingsbedrijf Emsisoft. Hij zei dat de cijfers in het advies "waarschijnlijk aanzienlijk onderschat" waren.

Callow voegde eraan toe dat de wereldwijde samenwerking in het advies een bemoedigend teken was.

"Ik kan me niet herinneren dat er eerder zoveel instanties hebben samengewerkt aan een advies," zei hij. "Het is geweldig om te zien." (Verslaggeving door Raphael Satter; Aanvullende rapportage door James Pearson in Londen; Bewerking door David Gregorio)