Het Japanse Mitsui & Co heeft vrijdag gezegd dat het samen met het Canadese Northland Power Inc een plan heeft opgesteld voor de bouw van een offshore windmolenpark van 1 gigawatt (GW) in Taiwan, waarvan de kosten worden geschat op 960 miljard yen ($6,5 miljard).

De overeenkomst komt op een moment dat landen over de hele wereld proberen investeringen aan te trekken in offshore windenergieprojecten om de opwarming van de aarde tegen te gaan door hun gebruik van fossiele brandstoffen te verminderen.

Mitsui en Northland, die in 2018 een belang verwierven in het bodemvaste offshore windproject Hai Long, willen de bouw tegen eind 2026 voltooien om in totaal 1,022 GW op te wekken, wat gelijk staat aan het jaarlijkse stroomverbruik van 1 miljoen huishoudens.

Het project, dat voor 60% in handen is van Northland en voor 40% van Mitsui, omvat de bouw van 73 grote windturbines in het offshore gebied op 45-70 kilometer (30-45 mijl) van Changhua County en bestaat uit drie secties, HL2A, HL2B en HL3.

HL2A zal elektriciteit verkopen aan Taiwan Power Company onder een stroomafnameovereenkomst (PPA) met een looptijd van 20 jaar, terwijl HL2B en HL3 elektriciteit zullen verkopen aan een particuliere stroomgebruiker in Taiwan onder een PPA met een looptijd van 30 jaar, aldus Mitsui in een verklaring.

Van de totale projectkosten zal Mitsui 260 miljard yen verstrekken, inclusief 170 miljard yen aan eigen vermogen en leningen en 90 miljard yen aan garanties, terwijl ongeveer 540 miljard yen zal worden gefinancierd via projectfinanciering.

De deal is afhankelijk van de inwerkingtreding van de projectfinancieringscontracten, die dit jaar wordt verwacht, aldus Mitsui. ($1 = 148,3000 yen) (Verslaggeving door Yuka Obayashi; bewerking door Philippa Fletcher)