In rauwe melkmonsters met grote hoeveelheden vogelgriepvirus waren nog steeds kleine hoeveelheden besmettelijk virus detecteerbaar na behandeling met een standaard pasteurisatiemethode, zeiden onderzoekers vrijdag.

De bevindingen weerspiegelen experimentele omstandigheden in een laboratorium en mogen niet worden gebruikt om conclusies te trekken over de veiligheid van de Amerikaanse melkvoorraad, aldus de auteurs van de studie van het Rocky Mountain Laboratories van het National Institute of Allergy and Infectious Diseases (NIAID) van de Amerikaanse overheid.

Het onderzoek werd gepubliceerd in de New England Journal of Medicine.

Vergeleken met de rauwe melk met vrij zwevend virus die in het onderzoek werd gebruikt, kan rauwe melk van koeien die besmet zijn met H5N1 influenza een andere samenstelling hebben of virus in de cellen bevatten, wat de hitte-effecten kan beïnvloeden, aldus de onderzoekers.

Amerikaanse melkkoeien bleken in maart besmet te zijn met vogelgriep. De Amerikaanse Food and Drug Administration onderzocht gepasteuriseerde melkmonsters en schatte dat een vijfde van de Amerikaanse melkvoorraad virusstrengen bevatte. Het agentschap heeft gezegd dat gepasteuriseerde melk veilig gedronken kan worden.

Het virus dat in de experimenten werd gebruikt, was geïsoleerd uit de longen van een dode bergleeuw, gemengd met rauwe, ongepasteuriseerde koemelkmonsters en gedurende verschillende periodes hittebehandeld op 63 graden Celsius en 72 graden Celsius.

Na behandeling bij 72 graden C gedurende 20 seconden - vijf seconden langer dan de industrienorm voor pasteurisatie bij die temperatuur - werden zeer kleine hoeveelheden besmettelijk virus gedetecteerd in één van de drie monsters, zo bleek uit het onderzoek.

"Deze bevinding geeft aan dat het mogelijk is dat een relatief kleine maar detecteerbare hoeveelheid H5N1-virus besmettelijk blijft in melk na 15 seconden bij 72 graden Celsius als de initiële virusniveaus voldoende hoog waren," aldus de auteurs.

Binnen 2,5 minuut veroorzaakte een behandeling bij 63 graden Celsius een duidelijke afname van het besmettelijke H5N1-virusniveau, wat aangeeft dat een standaard pasteurisatie van 30 minuten bij die temperatuur het besmettelijke virus zou elimineren, aldus de onderzoekers.

De onderzoekers zeiden dat hun experimentele omstandigheden niet identiek zijn aan grootschalige industriële pasteurisatieprocessen voor rauwe melk en dat hun bevindingen moeten worden gerepliceerd met directe metingen van geïnfecteerde melk in commerciële pasteurisatieapparatuur.

Het blijft onbekend of de inname van actief H5N1-virus in melk ziekte bij mensen kan veroorzaken, aldus de onderzoekers. (Verslaggeving door Nancy Lapid; redactie door Will Dunham)