First Tellurium Corp. meldt dat zijn Amerikaanse team van geologen bodemmonsters heeft genomen op het tellurium-goudproject Klondike van het bedrijf in zuid-centraal Colorado. De gegevens en interpretaties van dit programma zullen
als informatie dienen voor een fase 1-boorprogramma op Klondike, dat is gepland voor 2023, en helpen bij het beter formuleren van de boorlocaties. Gedurende negen dagen werden in totaal 343 bodemmonsters verzameld in een raster van 1 kilometer bij 1 kilometer, met een variabele monsterafstand van 30 tot 60 meter in oost-westelijke richting en 60 meter in noord-zuidelijke richting. Het oorspronkelijke rasterplan en budget voorzag in 550 monsters. Het aantal monsters dat nodig was om de doelstellingen van het programma te bereiken, werd verminderd door het elimineren van monsters uit gebieden met vervoerde alluviale afzettingen, gebieden met extreem steil terrein met rotsachtige talus/grind en weinig of geen grond en het elimineren van enkele perifere rasterlijnen in gebieden met een lagere prioriteit, zoals bepaald door het geologische team ter plaatse. Alle monsters worden verzonden naar ALS Geochemistry voor sporenanalyse van 51 elementen, waaronder tellurium en goud. De resultaten zullen naar verwachting medio tot eind december worden ontvangen. Een diavoorstelling van het bodembemonsteringsprogramma kunt u hier bekijken op de website van First Tellurium. Door deze nieuwe geochemische bodemgegevens te gebruiken in combinatie met First Solar's eerdere rots-chip sampling, geologie en geofysica kan het team betere beslissingen nemen over de boorgaten voordat de vereiste vergunningsdocumenten worden ingediend. De monsters werden verzameld door in de doorgaans rotsachtige bodem te graven tot een diepte waar de bodem van kleur veranderde en het organische materiaal afnam, meestal tussen 15 en 35 cm. De grond van de diepere horizon werd vervolgens gezeefd tot mazen -10 (ongeveer 2 mm) totdat ongeveer 0,75 kg materiaal was verzameld en veilig verpakt. Het team genoot van droog en zacht weer aan het begin van de herfst, waardoor het monstermateriaal over het algemeen droog en gemakkelijk te zeven bleef.