De gezamenlijke verklaring werd uitgegeven door de regeringen van Australië, Canada, Costa Rica, Denemarken, Frankrijk, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Zweden, Zwitserland, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten.

De landen zeiden zich te zullen inzetten om de uitvoer te voorkomen van technologie en apparatuur naar eindgebruikers die deze waarschijnlijk zullen gebruiken voor "kwaadaardige cyberactiviteiten". In de gezamenlijke verklaring staat ook dat de landen informatie met elkaar zullen delen over de verspreiding en het misbruik van spyware, onder meer om deze instrumenten beter te kunnen identificeren.

Op maandag ondertekende de Amerikaanse president Joseph Biden een uitvoeringsbesluit dat bedoeld is om het kwaadwillige gebruik van digitale spionagetools over de hele wereld, gericht tegen Amerikaans personeel en het maatschappelijk middenveld, aan banden te leggen.

Het nieuwe uitvoeringsbevel was bedoeld om druk uit te oefenen op de geheimzinnige industrie door nieuwe beperkingen op te leggen aan de aankoopbeslissingen van defensie-, wetshandhavings- en inlichtingendiensten van de Amerikaanse overheid.

In 2021 meldde Reuters dat de iPhones van ten minste negen medewerkers van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken het doelwit waren van een onbekende aanvaller die geavanceerde spyware gebruikte die was ontwikkeld door een Israëlisch bedrijf. Maandag zei een hoge Amerikaanse ambtenaar dat ten minste 50 Amerikaanse overheidsmedewerkers in 10 landen het doelwit waren van commerciële hackingtools.