In een verklaring zei Alghabra dat de COVID-19-pandemie een belangrijke factor was in het besluit, aangezien Air Transat al duidelijk had gemaakt dat een inzinking van het reisverkeer haar financiën aantastte.

Air Canada's verbintenissen omvatten het aanmoedigen en helpen van andere luchtvaartmaatschappijen om voormalige Transat-routes naar Europa over te nemen, het behoud van het Transat-hoofdkantoor in de provincie Quebec en het vergemakkelijken van vliegtuigonderhoud in Canada, voegde hij eraan toe.

In december keurden de aandeelhouders van Transat een sterk afgeprijsd overnamebod van C$188,7 miljoen ($149 miljoen) van Air Canada goed, nadat COVID-19 de vraag naar reizen had getroffen.

Air Canada, de grootste luchtvaartmaatschappij van de natie, had aanvankelijk vóór de pandemie een deal gesloten om de in Montreal gevestigde exploitant van Air Transat te kopen, in een poging om zijn toen bloeiende vrijetijdsactiviteiten te versterken.

De deal moet nog steeds worden goedgekeurd door de Europese Unie, die haar onderzoek naar de deal op 22 december stopzette.

($1 = 1,2699 Canadese dollar)