Tientallen etnische Fulani-herders kwamen om bij een luchtbombardement op 24 januari in de centrale staat Nasarawa, volgens een deze week gepubliceerd onderzoek van Reuters. De doden roepen lastige vragen op bij bondgenoten zoals de VS, die het leger van Nigeria bewapenen als onderdeel van de voortdurende inspanningen om islamitische opstanden in West-Afrika de kop in te drukken.
"We dringen er bij de Nigeriaanse autoriteiten op aan om dit en alle andere incidenten met burgerslachtoffers grondig, tijdig en transparant te onderzoeken," zei een woordvoerder van het State Department vrijdag in een antwoord per e-mail op vragen over de berichtgeving.
De woordvoerder zei dat hoge Amerikaanse functionarissen en diplomaten in Nigeria regelmatig contact hebben met de Nigeriaanse regering over inspanningen om terrorisme te bestrijden, waarbij zaken als het beschermen van burgers tegen schade worden besproken. De woordvoerder specificeerde niet of ze de bomaanslag in januari met de Nigerianen hadden besproken.
De woordvoerder zei ook dat Washington niet op de hoogte is van enige informatie die erop wijst dat wapens of vliegtuigen die door de Verenigde Staten zijn geleverd, betrokken zijn geweest bij incidenten met burgerschade die aan de Nigeriaanse luchtmacht wordt toegeschreven.
De dodelijke luchtaanval kwam te midden van hernieuwde zorgen onder Amerikaanse wetgevers over wapendeals ter waarde van honderden miljoenen aan Nigeria, een land dat vaak bekritiseerd wordt om zijn staat van dienst op het gebied van mensenrechten.
De woordvoerder van het State Department zei dat de bestaande defensieverkopen en veiligheidshulp aan Nigeria "robuuste componenten bevatten die gericht zijn op mensenrechten, het voorkomen van schade aan burgers en het bevorderen van militaire gerechtigheid en verantwoording".
"Rapporten over schade aan burgers moeten grondig en transparant worden onderzocht", aldus de woordvoerder.
In 2017 werd de luchtmacht van Nigeria bekritiseerd voor het bombarderen van een kamp voor ontheemden tijdens een missie tegen islamitische opstandelingen in Rann, vlakbij de grens met Kameroen. Bij de luchtaanval, waarvan Nigeriaanse functionarissen toegaven dat het een vergissing was, kwamen minstens 90 mensen om het leven, waarvan de meesten vrouwen en kinderen waren, volgens de medische liefdadigheidsinstelling Artsen zonder Grenzen (AZG), die op dat moment teams in het kamp had.
De woordvoerder van het State Department zei dat het Nigeriaanse leger sinds de bomaanslag van 2017 corrigerende maatregelen heeft genomen om de schade voor burgers te beperken. De woordvoerder voegde eraan toe dat als gevolg van de Amerikaanse training, de Nigeriaanse luchtmacht doelgerichte procedures aan het implementeren is om burgerslachtoffers te helpen voorkomen.
Het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken stelt ook een embedded adviseur beschikbaar om met het Nigeriaanse leger samen te werken aan de ontwikkeling van een korps van militaire juridische adviseurs die zich richten op het adviseren van commandanten tijdens operaties om schade aan burgers te voorkomen en te beperken, aldus de woordvoerder.
