Het openen van nieuwe scheepvaartroutes is een essentiële taak geworden voor de Centraal-Aziatische naties, die van oudsher voor een groot deel van hun vrachtdoorvoer op Rusland rekenden en door de westerse sancties tegen Moskou in hun logistiek ontregeld zijn geraakt.
Sinds de in 2020 opgelegde COVID-19 beperkingen werden Oezbeekse vrachtcontainers met bestemming Europa en Zuidoost-Azië via de Iraanse zeehavens aan de Turkmeense grens afgeleverd om alleen door Turkmeense chauffeurs naar de Iraanse grens te worden vervoerd, omdat Turkmenistan zo weinig mogelijk buitenlanders wilde binnenlaten.
"Het veroorzaakte veel moeilijkheden en vertragingen door het technische proces van het vastmaken van containers aan andere vrachtwagens en meestal werden de chauffeurs gefrustreerd doordat zij hun lading aan andere chauffeurs moesten overdragen," vertelde het ministerie aan Reuters.
Volgens de nieuwe procedure die de Turkmeense autoriteiten hebben vastgesteld, moeten vrachtwagens van Oezbekistan naar Iran en omgekeerd zich strikt in een konvooi verplaatsen terwijl zij het Turkmeense grondgebied doorkruisen en zullen zij te allen tijde door de Turkmeense verkeerspolitie worden geëscorteerd.
Zij zullen stoppen om te tanken en voor andere benodigdheden op plaatsen die door de Turkmeense autoriteiten worden aangewezen. De chauffeurs mogen de voertuigen niet op andere plaatsen achterlaten en moeten een PCR-test op COVID-19 of een certificaat van inenting tegen het coronavirus hebben.
De Iraanse zeehavens dienen de door land ingesloten Centraal-Aziatische landen als een alternatieve route naar de wereldmarkten. Iran is ook een van de belangrijke en traditionele handelspartners van Oezbekistan en de twee landen zijn van plan een preferentiële handelsovereenkomst te ondertekenen.
