Voor de nationale verkiezingen later dit jaar wordt woningbouw, of het gebrek daaraan, steeds belangrijker voor de kiezers in Groot-Brittannië, waar vele duizenden zich geen huis kunnen veroorloven, terwijl anderen protesteren tegen nieuwe ontwikkelingen in landelijke gebieden.
De regerende Conservatieven onder premier Rishi Sunak werden gedwongen om hun belofte in het verkiezingsprogramma voor 2019 om jaarlijks 300.000 huizen te bouwen in Engeland af te zwakken, door het doel als adviserend te omschrijven na druk van enkele wetgevers van de partij om het plan niet uit te voeren.
Angela Rayner, de plaatsvervangend leider van Labour, zal plannen uiteenzetten voor een nieuwe generatie van de "nieuwe steden" die na de Tweede Wereldoorlog werden gebouwd om na het conflict voor nieuwe huisvesting te zorgen.
"Ontwikkelaars die hun verplichtingen nakomen om hoogwaardige, goed ontworpen en duurzame betaalbare woningen te bouwen, met groene ruimten en vervoersverbindingen en scholen en huisartsenposten in de buurt, zullen onder Labour een nieuwe dageraad beleven," zei ze in een verklaring. "Maar degenen die zich te lang aan hun verantwoordelijkheden hebben onttrokken, zullen krachtig ter verantwoording worden geroepen."
Ze ging er niet dieper op in.
Labour ligt in de peilingen ver voor op de Conservatieven, maar functionarissen in de partij vrezen dat ze nog een groot aantal onbesliste kiezers voor zich moeten winnen, en hopen dat ze hun voorsprong kunnen versterken door hun beleid gedetailleerder uiteen te zetten. Critici zeggen dat Labour nog niet genoeg details over haar beleid heeft gegeven.
Vorige week beloofde Labourleider Keir Starmer, die zijn partij naar het midden heeft getrokken nadat ze naar links was afgebogen, om Groot-Brittannië "opnieuw op te bouwen" en zette hij wat hij de eerste stappen in de regering noemde uiteen als zijn partij de verkiezingen zou winnen.
