De armoede en de honger zijn in Afghanistan sterk toegenomen sedert de Islamitische militanten de macht hebben overgenomen nadat de Verenigde Staten zich hadden teruggetrokken, en India heeft voedselkorrels en andere hulp gestuurd.
De waarnemend minister van Buitenlandse Zaken van de Taliban-regering, Mawlawi Amir Khan Muttaqi, had een ontmoeting met een delegatie van het Indiase ministerie van Buitenlandse Zaken onder leiding van hoge ambtenaar J.P. Singh.
"De ontmoeting spitste zich toe op de diplomatieke betrekkingen tussen India en Afghanistan, de bilaterale handel en de humanitaire hulp," zei de woordvoerder van het Taliban-ministerie van Buitenlandse Zaken, Abdul Qahar Balkhi, op Twitter.
Balkhi zei dat de minister het bezoek een "goed begin in de banden tussen de twee landen" noemde.
Gevraagd of New Delhi nu officieel het Taliban-bestuur erkende, zei de woordvoerder van het Indiase ministerie van Buitenlandse Zaken, Arindam Bagchi, tegen verslaggevers dat zij "veel te veel in het bezoek lazen".
Het ministerie zei eerder in een verklaring dat de ambtenaren toezicht zouden houden op de verstrekking van humanitaire hulp en gebieden zouden bezoeken die het doelwit zijn van door India gesteunde programma's of projecten.
India heeft ongeveer 20.000 ton tarwe, 13 ton medicijnen, 500.000 doses COVID-19-vaccin en winterkleding geschonken, en er zijn nog meer medicijnen en voedselkorrels onderweg, aldus het ministerie.
India heeft in augustus jongstleden zijn ambtenaren uit Afghanistan teruggetrokken en zijn ambassade gesloten, hoewel het graag banden wil blijven onderhouden met het land waar zijn regionale rivaal Pakistan aanzienlijke invloed uitoefent.
Bagchi weigerde te zeggen wanneer de ambassade eventueel heropend zou worden, maar zei wel dat het plaatselijk personeel was blijven werken en ervoor had gezorgd dat de lokalen daar goed onderhouden en bijgehouden werden.
