"Erkend moet worden dat de financiële crediteuren het maximale risico nemen en dat hun risico dus evenredig en met voorrang moet worden gecompenseerd," zei Shaktikanta Das, gouverneur van de Reserve Bank of India (RBI) op een evenement in Mumbai.

"Dienovereenkomstig kunnen alle wijzigingen aan de (Insolventie- en Faillissements-) Code en de evolutie daarvan de nadruk blijven leggen op een overkoepelend kader voor een oplossing onder leiding van financiële crediteuren."

Gezien bepaalde tekortkomingen van het zogenaamde comité van schuldeisers, lijkt er de laatste jaren een trend te zijn naar het in evenwicht brengen van de rechten van operationele schuldeisers met die van financiële schuldeisers onder de insolventiecode, aldus de gouverneur.

Financiële schuldeisers, zoals banken en andere financiële instellingen, zijn degenen die een financieel contract met de schuldenaar hebben, zoals in het geval van een lening of een obligatie-uitgifte.

Aan de andere kant is het insolvente bedrijf geld verschuldigd aan operationele schuldeisers vanwege een goed of dienst die het heeft afgenomen.

Er moet enig onderscheid worden gemaakt in de weging die aan verschillende categorieën schuldeisers wordt toegekend, afhankelijk van de mate van risico die zij vanaf het begin op zich hebben genomen, aldus de RBI-gouverneur.

De Indiase Insolventie- en Faillissementswet, die in mei 2016 werd ingevoerd en sindsdien meerdere keren is gewijzigd, heeft kredietverstrekkers geholpen om uitstaande leningen terug te vorderen.

Sinds de invoering zijn 7.058 bedrijfsdebiteuren toegelaten tot het insolventieproces. Het terugvorderingspercentage bedroeg in september 32%, aldus Das, die gegevens aanhaalde van de Insolvency and Bankruptcy Board of India.

Een "zichtbare belemmering" in het Indiase insolventieproces is de afwezigheid van een duidelijk kader voor groepsinsolventie, zei Das van de RBI op donderdag, waarbij hij erop aandrong om passende principes voor groepsinsolventie vast te leggen door middel van wetswijzigingen.

Bovendien zou een robuuste secundaire markt voor leningen kredietverstrekkers ook kunnen helpen bij het beheren van kredietposities, voegde de gouverneur eraan toe.