De Europese Commissie had Groot-Brittannië tot donderdag de tijd gegeven om te reageren op drie inbreukprocedures.

"Wij zullen het antwoord analyseren alvorens een beslissing te nemen over de volgende stappen", zei een woordvoerder tijdens de dagelijkse persconferentie van de Commissie, zonder details te geven over het antwoord.

Britse ambtenaren hebben gezegd dat zij de status quo willen handhaven, met inbegrip van respijtperiodes voor diverse controles op goederen die van het Britse vasteland naar Noord-Ierland worden verscheept.

Vanwege zijn open landgrens met EU-lidstaat Ierland is de Britse provincie ook na Brexit in de eengemaakte EU-markt voor goederen gebleven, wat betekent dat voor invoer uit de rest van het Verenigd Koninkrijk douaneaangiften moeten worden gedaan en dat bij aankomst soms controles moeten worden verricht.

De regeling, die de herinvoering van grenscontroles tussen Noord-Ierland en Ierland moet voorkomen, heeft de pro-Britse unionistische partijen in beroering gebracht doordat in feite een grens in de Ierse Zee wordt gecreëerd tussen het eiland Ierland en het Britse vasteland.

De Britse conservatieve regering heeft gezegd dat er opnieuw moet worden onderhandeld over het protocol dat de handelsregelingen regelt, en heeft een wetsvoorstel ingediend dat de meeste controles zou afschaffen door delen van het protocol buiten toepassing te laten.

De EU heeft gezegd dat het eenzijdig wijzigen van een internationale overeenkomst, die in 2019 werd goedgekeurd door de regering van toenmalig premier Boris Johnson, ongerechtvaardigd en illegaal is.

De drie juridische procedures hebben geen betrekking op de nieuwe plannen van Groot-Brittannië, maar op de overtuiging van de EU dat Groot-Brittannië het protocol niet uitvoert, bijvoorbeeld door niet de vereiste controles uit te voeren en te zorgen voor voldoende personeel en infrastructuur daarvoor.