Een poging tot kaping van een commercieel schip in de Golf van Aden op zondag lijkt te zijn uitgevoerd door gewapende Somalische piraten en niet door Jemenitische Houthi's, ondanks het feit dat er daarna raketten werden afgevuurd vanuit door Houthi's gecontroleerd gebied in Jemen, zei het Pentagon op maandag.
Het incident is de laatste in een reeks aanvallen in de wateren van het Midden-Oosten sinds het uitbreken van een brute oorlog tussen Israël en de Palestijnse islamitische groep Hamas op 7 oktober.
Op 19 november namen de Houthi's het autoschip Galaxy Leader in beslag, dat naar de Jemenitische haven Hodeidah werd gebracht, aldus de eigenaar van het schip.
Beide schepen waren volgens de scheepvaartgegevens eigendom van Israëlische zakenmagnaten.
De vereniging International Chamber of Shipping zei dat de "aanvallen onmiddellijk moeten stoppen en dat de onschuldige zeelieden moeten worden vrijgelaten".
"In alle gevallen voeren deze schepen hun recht op vrijheid van navigatie en onschuldige doorvaart uit," zei de ICS in een verklaring.
Een Israëlische containerrederij zei zondag dat ze langere vaartijden voor haar schepen verwacht.
"In het licht van de bedreiging voor een veilige doorvoer van de wereldwijde handel in de Arabische en Rode Zee, neemt ZIM tijdelijke proactieve maatregelen om de veiligheid van haar bemanningen, schepen en de lading van klanten te garanderen door een aantal van haar schepen om te leiden," zei ZIM.
De Amerikaanse scheepvaartdienst MARAD zei in een advies op zondag dat schepen na de aanvallen met meerdere bedreigingen te maken kregen.
"Wees voorzichtig wanneer u door deze gebieden vaart en blijf op de hoogte van de veranderende dreigingen in deze regio," zei MARAD.
Bronnen in de verzekeringssector zeiden te verwachten dat de premies voor oorlogsrisico's in het gebied zullen stijgen, vooral voor schepen die met Israël verbonden zijn. (Verslag van Jonathan Saul, aanvullend verslag van Carolyn Cohn)
