De Japanse economie is in het eerste kwartaal gekrompen, gedrukt door een zwakkere particuliere consumptie en buitenlandse vraag. Dit stelt de beleidsmakers voor een nieuwe uitdaging nu de centrale bank de rente wil verhogen, weg van de bijna-nulniveaus.

Uit de voorlopige gegevens over het bruto binnenlands product (BBP) van het Cabinet Office bleek donderdag dat de Japanse economie in januari-maart met 2,0% op jaarbasis is gekrompen ten opzichte van het voorgaande kwartaal, terwijl een peiling van Reuters onder economen uitkwam op een daling van 1,5%. De daling volgde op een licht positieve meting in het vierde kwartaal.

De lezing komt neer op een kwartaalkrimp van 0,5%, tegenover een daling van 0,4% die economen verwachtten in de peiling van Reuters.

De particuliere consumptie, die meer dan de helft van de Japanse economie uitmaakt, daalde met 0,7%, tegenover een daling van 0,2% in de peiling van Reuters. Het was het vierde kwartaal op rij met een daling, de langste reeks sinds 2009.

De kapitaaluitgaven, een belangrijke drijvende kracht achter de particuliere vraaggestuurde groei, daalden in het eerste kwartaal met 0,8%, tegenover een daling van 0,7% volgens de economen in de peiling van Reuters, ondanks de forse bedrijfswinsten.

De buitenlandse vraag, of export minus import, haalde 0,3 procentpunt van de bbp-ramingen voor het eerste kwartaal af.

Beleidsmakers rekenen op stijgende lonen en verlagingen van de inkomstenbelasting vanaf juni om de achterblijvende consumptie te stimuleren.

De groeibelemmering als gevolg van een aardbeving in het Noto-gebied dit jaar en de stopzetting van de activiteiten bij Toyota's Daihatsu-eenheid zal naar verwachting ook afnemen.

Een scherpe daling van de yen tot een niveau dat sinds 1990 niet meer is vertoond, heeft de bezorgdheid over hogere kosten van levensonderhoud aangewakkerd, waardoor de consumptie wordt gedrukt.

De Bank of Japan (BOJ) verhoogde in maart voor het eerst sinds 2007 de rentetarieven, als mijlpaal na de negatieve rentetarieven, maar er wordt verwacht dat de centrale bank langzaam zal afbouwen gezien de kwetsbare economie.