De Braziliaanse regering bereidt een nieuwe begrotingsdoelstelling voor volgend jaar voor, met als doel een primair overschot van 0,1% van het bruto binnenlands product (BBP), zo vertelden twee bronnen met directe kennis van de zaak vrijdag aan Reuters.

Sprekend op voorwaarde van anonimiteit omdat de besprekingen privé zijn, zeiden de bronnen dat er nog geen definitieve beslissing was, maar dat de regering van plan was om de doelstelling te versoepelen ten opzichte van het overschot van 0,5% van het BBP in 2025 dat ze vorig jaar had voorgesteld.

De regering zal de nieuwe doelstelling vastleggen in het wetsvoorstel met begrotingsrichtlijnen, dat voor 15 april naar het Congres moet worden gestuurd. De ministeries van Planning en Financiën zeiden vrijdag dat ze de presentatie van het wetsvoorstel aan de pers hadden uitgesteld tot maandag om 16.30 uur lokale tijd, in plaats van een eerdere aankondiging in de ochtend.

De ministeries reageerden niet onmiddellijk op een verzoek om commentaar.

Volgens beide bronnen zal de regering naar verwachting ook aangeven dat een primair overschot van 1% van het BBP, dat eerder in 2026 zou worden bereikt, nu zal worden verschoven naar 2028.

In de praktijk betekent deze verlenging een langere periode voor het stabiliseren van de groeiende Braziliaanse staatsschuld. De brutoschuld, die wordt beschouwd als de primaire solvabiliteitsindicator van het land, steeg in februari tot 75,5% van het BBP, tegen 71,8% een jaar eerder.

Regeringsambtenaren hadden deze week al gesuggereerd dat de doelstelling zou moeten worden versoepeld, waarbij ze benadrukten dat de regering nog steeds zou streven naar een verbetering ten opzichte van de officiële doelstelling om het primaire tekort dit jaar weg te werken.

Toen president Luiz Inacio Lula da Silva vorig jaar een nieuw begrotingskader invoerde, waarbij de groei van de uitgaven werd beperkt tot 70% van de inkomstenstijgingen en een minimale expansie van 0,6% en een maximum van 2,5% boven de inflatie per jaar werd toegestaan, werd naast deze regels ook het nastreven van primaire begrotingsdoelen verplicht gesteld.

De linkse regering stelde ook een marge vast voor het behalen van de begrotingsdoelstelling, die vanaf dit jaar een tolerantiemarge heeft van een kwart procentpunt aan elke kant. (Verslaggeving door Marcela Ayres en Bernardo Caram Redactie door Brad Haynes, Chizu Nomiyama en Steven Grattan en Marguerita Choy)