Australische aandelen waren vrijdag op weg naar een vierde wekelijkse winst op rij, toen de markt hoger ging in de aanloop naar een belangrijk Amerikaans inflatierapport dat meer aanwijzingen zou kunnen geven over het toekomstige beleid van de Federal Reserve.

De S&P/ASX 200 index klom 0,1% tot 7.514,60 tegen 2350 GMT, waarbij stijgingen in mijnbouwaandelen opwogen tegen verliezen in de financiële sector. De benchmark is tot nu toe deze week met 0,9% gestegen.

Marktdeelnemers over de hele wereld waren in afwachting van de lezing van vrijdag over de Amerikaanse kernindex voor persoonlijke consumptieve bestedingen. Een stijging van 0,1% in november zou de inflatie op jaarbasis over zes maanden vertragen tot slechts 2,1%, bijna op de Fed-doelstelling van 2%.

In Sydney stegen de mijnbouwaandelen met 0,5% en waren ze op weg naar een derde wekelijkse winst op rij, dankzij sterke ijzerertsfutures te midden van krappe voorraden en verwachtingen van een robuuste Chinese vraag.

Sectorzwaargewichten BHP Group en Rio Tinto gingen vrijdag elk 0,5% vooruit.

Energieaandelen stegen 0,7%, waarmee ze herstelden van de daling van donderdag. Top-energiebedrijf Woodside Energy steeg 0,4%, terwijl Santos 0,1% daalde.

Financiële aandelen gleden 0,2% weg, maar waren op weg naar een vijfde opeenvolgende wekelijkse winst. Aandelen van de "Big Four" kredietverstrekkers daalden vrijdag tussen 0,1% en 0,3%.

Aandelen uit de gezondheidszorg bleven grotendeels vlak, maar gingen voor een vierde achtereenvolgende wekelijkse stijging. Aandelen van CSL Ltd gingen vrijdag 0,4% omlaag.

De Nieuw-Zeelandse benchmark S&P/NZX 50 index sloot 0,1% hoger op 11.634,43 en boekte daarmee de achtste wekelijkse winst op rij.

Aandelen van Synlait daalden met meer dan 4% en stevenden af op hun slechtste sessie sinds 12 december, nadat de zuivelproducent zijn winstverwachting voor het eerste halfjaar naar beneden had bijgesteld.

Synlait zei ook dat er een arbiter was aangesteld voor het arbitrageproces met haar op één na grootste aandeelhouder A2 Milk Co en dat beide bedrijven werkten aan een overeenkomst na het annuleren van hun exclusiviteitsovereenkomsten.