Future Metals NL heeft een update gegeven van haar lopende boorprogramma en geofysische modellering op haar Panton project ("Panton" of "het Project"). Visuele inspectie van de eerste diamantboringen en geofysische modellering bevestigen het potentieel voor een groot Ni-Cu-PGE systeem. Ondiepe boringen in de 'onderste zone' van de Panton-intrusie hebben magmatische verspreide sulfiden aan het licht gebracht. Magnetische en zwaartekrachtinversiemodellen hebben meerdere potentiële sulfidedoelwitten in het basiscontact en de aanvoerkanalen aangetoond die de bestaande JORC-mijnbouwvoorraad van 6,9 miljoen PdEq omvatten en eronder liggen. De zwaartekracht- en EM-onderzoeken hebben duidelijk gemaakt dat het zuiden van het project belangrijke doelen bevat, met meerdere samenvallende geleiders in het gesteente die zijn geïdentificeerd door middel van EM-onderzoeken op de grond. In het bijzonder is in het zuiden een grote zwaartekrachtanomalie vastgesteld, die dichtbij de oppervlakte begint en zich uitstrekt tot ongeveer 2 km diepte, met meerdere EM-geleiders in de buurt van deze anomalie. De onderneming heeft drie diamantboringen van ongeveer 800 m verricht, waarbij in elke boring verspreide sulfiden zijn aangetroffen. De sulfiden zijn overwegend fijnkorrelig en zijn als zodanig niet gerapporteerd als afzonderlijke sulfidemineralen, tenzij anders vermeld; de schattingen van de percentages zijn gebaseerd op draagbare X-Ray Fluorescence ("XRF") analyse en visuele schattingen van de loggende geoloog. Gaten PS408 en PS409 zijn beide geboord in de 'onderste zone' van de Panton-intrusie, en beide bevatten verspreide sulfiden die plaatselijk klassieke intercumulustexturen vertonen die wijzen op een primaire magmatische oorsprong. Dit is een belangrijke technische mijlpaal voor het Panton-project, omdat het de hypothese bevestigt dat de Panton-intrusie zowel magmatische sulfidemineralen als rifachtige mineralisatie herbergt. Het bevestigt ook dat deze sulfiden niet alleen door latere hydrothermale gebeurtenissen zijn geproduceerd. Boorgat PS408 is 25 m ten zuidwesten van het historische boorgat PS158 (hieronder staan belangrijke waarnemingen), dat een brede zone van sulfiderijke mineralisatie liet zien. Boring PS408 heeft de continuïteit van deze sulfiderijke zone aangetoond en kernmateriaal opgeleverd om de gemineraliseerde structuren te oriënteren. Boring PS409 werd nog eens ongeveer 150 m ten zuiden van de boringen PS158 en PS408 uitgevoerd, door het centrum van de ondiepe magnetische anomalie waarmee zij in verband worden gebracht.
Deze boringen bevinden zich op een afgelegen positie ten opzichte van de hieronder beschreven veronderstelde kieldoelen en de daar aangetroffen mineralisatie komt overeen met een afgelegen positie ten opzichte van een grotere sulfide-accumulatie elders.