De Finse regering heeft een nieuwe exploitatievergunning verleend voor beide eenheden van de Loviisa-kerncentrale van Fortum tot eind 2050. In de loop van de nieuwe licentieperiode zal de centrale naar verwachting tot 170 terawattuur CO2-vrije elektriciteit opwekken. De verlenging van de levensduur van de Loviisa kerncentrale is een belangrijke investering met verreikende positieve gevolgen voor zowel de economie als de werkgelegenheid.

De afgelopen vijf jaar heeft Fortum al ongeveer 300 miljoen euro geïnvesteerd in het opknappen van de Loviisa centrale. Bij de aankondiging van het besluit om in maart 2022 een nieuwe exploitatievergunning aan te vragen, schatte Fortum dat de investeringen in verband met de voortzetting van de activiteiten en de verlenging van de levensduur ongeveer EUR 1 miljard zullen bedragen tot 2050. Het besluit brengt zichtbaarheid en voorspelbaarheid voor de meer dan 500 vaste werknemers van de centrale en het ecosysteem dat de centrale bedient.

Het besluit van de Finse regering werd voorafgegaan door de verklaring van de Finse autoriteit voor stralings- en nucleaire veiligheid (STUK) over de levensduurverlenging in januari. In haar verklaring stelde STUK dat de exploitatie van de eenheden Loviisa 1 en 2 van de kerncentrale veilig is en in overeenstemming met de wet, en over de vereiste capaciteiten, procedures, competentie en middelen beschikt om de veilige exploitatie tot 2050 voort te zetten. Fortum heeft ook een vergunning aangevraagd voor het gebruik van de opslagplaats voor laag- en middelactief afval in het huidige fabrieksterrein van Loviisa tot 2090.

Deze vergunningsprocedure loopt bij het ministerie van Economische Zaken en Werkgelegenheid (MEAE) en de Finse regering zal in het voorjaar een besluit nemen. De gebruikte brandstof van de Loviisa-centrale zal worden opgeslagen in de nucleaire eindberging Posiva, waarvan Fortum en Teollisuuden Voima (TVO) gezamenlijk eigenaar zijn.