"We hebben in dit stadium besloten om in Rusland te blijven," vertelde een woordvoerder aan Reuters. "We zijn van mening dat we onze missie om de burgerbevolking te voeden vervullen."

Geconfronteerd met een geopolitieke impasse over de inval van Moskou in Oekraïne, hebben veel multinationals hun Russische activa afgestoten. De aankondiging van Danone volgde op die van Nissan eerder deze week, waarin de autofabrikant zei zijn activa aan de Russische staat te zullen verkopen.

Maar sommige westerse voedingsbedrijven zoals Lactalis hebben ervoor gekozen om aanwezig te blijven, met verwijzing naar hun rol als leverancier van basisproducten.

Het particuliere Lactalis heeft vier fabrieken die lokale melk verwerken en ongeveer 1.900 werknemers in Rusland. Het land was vorig jaar goed voor ongeveer 1% van de wereldwijde omzet van 22 miljard euro (21,39 miljard dollar).

De groep heeft industriële investeringen en reclame in Rusland stopgezet en zijn lokale activiteiten gescheiden van de rest van zijn activiteiten, aldus de woordvoerder, die eraan toevoegde dat het geen contracten met de Russische staat had.

Lactalis heeft ook zijn aanwezigheid in Oekraïne gehandhaafd, waar het drie productievestigingen heeft en ongeveer 850 mensen in dienst heeft.

De fabrieken bevinden zich in Oekraïens grondgebied nabij de frontlinies in het oosten en zuiden van het land en hebben om veiligheidsredenen enkele stilleggingen gekend.

Vóór de oorlog genereerden de Oekraïense activiteiten van Lactalis een vergelijkbare omzet als de Russische activiteiten, aldus de groep.

($1 = 1,0287 euro)