De totale elektriciteitsopwekking uit windenergie bedroeg tijdens de eerste drie maanden van 2024 25,3 terawattuur (TWh), vergeleken met 23,6 TWh uit alle fossiele brandstoffen, volgens gegevens van energie-denktank Ember.
Windenergie was goed voor gemiddeld 39,4% van de totale elektriciteit tijdens het eerste kwartaal van 2024, vergeleken met 36,2% uit fossiele brandstoffen.
In het laatste kwartaal van 2023 was de productie van windenergie ook hoger dan die van fossiele brandstoffen, wat de eerste keer is dat windenergie in achtereenvolgende kwartalen meer elektriciteit heeft opgewekt dan centrales op fossiele brandstoffen in het Verenigd Koninkrijk.
In combinatie met de productie van zonneparken bedroeg de totale elektriciteitsproductie uit hernieuwbare bronnen in het V.K. 27,1 TWh tijdens het eerste kwartaal van 2024, het hoogste kwartaaltotaal ooit voor het V.K. en een recordaandeel van 42,2% in de totale elektriciteitsopwekking.
WINDSTILTE TIJDENS DE ZOMER
Als gevolg van seizoensgebonden windstilte in de zomer kan de totale opwekking van elektriciteit uit hernieuwbare bronnen de komende maanden gaan afnemen.
In 2023 was de windopwekking tijdens het tweede en derde kwartaal respectievelijk 46% en 34% lager dan tijdens het eerste kwartaal, en in 2024 is een vergelijkbare daling van de windopwekking mogelijk als zich normale windsnelheidspatronen voordoen.
Een hogere productie van zonne-energie tijdens zonnigere periodes zal een deel van de daling van windparken compenseren, aangezien de productie van zonne-energie in het V.K. de neiging heeft om in het tweede kwartaal van het jaar een piek van ongeveer 5 TWh te bereiken, vergeleken met iets minder dan 2 TWh in het eerste kwartaal.
Maar aangezien windmolenparken in het V.K. gewoonlijk ongeveer zes keer meer elektriciteit opwekken dan zonneparken, zal de totale productie van hernieuwbare energie in het midden van 2024 waarschijnlijk nog steeds aanzienlijk dalen.
Nutsbedrijven die het gebruik van fossiele brandstoffen tijdens de zomer tot een minimum willen beperken, kunnen grotere hoeveelheden elektriciteit opwekken uit kernreactoren, bio-energiefaciliteiten en waterkrachtcentrales om ervoor te zorgen dat de totale opwekkingsbelasting stabiel blijft.
Als dat niet lukt, kan extra gebruik van aardgas en thermische kolen nodig zijn om ervoor te zorgen dat de stroomvoorziening voldoende is om te voldoen aan de vraag in de zomer, die hoger kan oplopen door het toenemende gebruik van energieverslindende airconditioners tijdens de warmste periodes.
Na de zomer hebben windsnelheden echter de neiging om weer aan te trekken, waardoor windmolenparken weer zouden moeten opduiken als de belangrijkste bron van elektriciteitsvoorziening in het V.K. en energieproducenten extra vooruitgang zouden moeten boeken op het gebied van koolstofvermindering en energietransitie.
< De hier geuite meningen zijn die van de auteur, een columnist voor Reuters.>
