Vijf grote EU-staten voeren minimum vennootschapsbelasting in als er geen EU-akkoord komt

De regeringen van de vijf grootste economieën van de Europese Unie hebben vrijdag gezegd dat zij volgend jaar met "alle mogelijke wettelijke middelen" een wereldwijde minimum vennootschapsbelasting zullen invoeren, als Hongarije zijn verzet op EU-niveau niet opheft.

Hongarije heeft in juni op het laatste moment de goedkeuring door de Europese Unie van een minimum vennootschapsbelasting van 15% geblokkeerd, waardoor een akkoord dat een globale hervorming in het hele blok tot wet zou hebben verheven, werd verhinderd.

"Mocht in de komende weken geen unanimiteit worden bereikt, dan zijn onze regeringen vastbesloten onze toezegging gestand te doen," aldus de ministers van Financiën van Frankrijk, Duitsland, Italië, Spanje en Nederland in een gezamenlijke verklaring.

"Wij staan klaar om de wereldwijde effectieve minimumbelasting in 2023 en met alle mogelijke wettelijke middelen in te voeren," voegden zij eraan toe in de verklaring, die werd afgelegd in de marge van een bijeenkomst met EU-tegenhangers in Praag.

Zij hebben niet gepreciseerd welke vorm dat zou kunnen aannemen, maar Franse ambtenaren hebben de mogelijkheid geopperd om een beroep te doen op een wettelijke procedure van de EU die bekend staat als nauwere samenwerking en waarvoor ten minste 10 lidstaten nodig zijn. Zij kunnen de wetgeving ook individueel op nationaal niveau goedkeuren.

"Fiscale rechtvaardigheid is een prioriteit voor de Europese Unie," zei de Franse minister van Financiën Bruno Le Maire, die eraan toevoegde dat de hervorming volgend jaar "hetzij op Europees niveau, hetzij op nationaal niveau" zou worden doorgevoerd.

Hongarije heeft aangevoerd dat goedkeuring van het plan de Europese economie zou kunnen schaden, maar sommige Europese ambtenaren suggereren dat Boedapest zijn verzet gebruikt als een onderhandelingstroef om toegang te krijgen tot miljarden aan geblokkeerde EU-euro's aan herstelfondsen.

De minimumbelasting is de tweede van een tweepijlerakkoord dat vorig jaar tussen bijna 140 landen is gesloten om de regels voor grensoverschrijdende belasting te herschrijven, zodat beter rekening kan worden gehouden met de manier waarop grote internetbedrijven winsten kunnen boeken in landen met lage belastingen.

De ministers zeiden ook dat zij zich "volledig inzetten" om de werkzaamheden in verband met de eerste pijler, over een betere herverdeling van de belastingrechten tussen de regeringen, te voltooien, met als doel tegen medio 2023 een multilateraal verdrag te ondertekenen.