Tunesische rechter opent nieuw onderzoek naar politieke figuren, zegt advocaat

Een Tunesische rechter heeft een nieuw onderzoek geopend naar politieke figuren, waaronder belangrijke tegenstanders van president Kais Saied, op verdenking van samenzwering tegen de staatsveiligheid, aldus een advocaat van een van hen.

De zaak komt na een golf van arrestaties van oppositiefiguren in de afgelopen maanden, die door Saied's critici werden aangevallen als een politieke repressie, die hij ontkent, en kan de vrees voor meer aanhoudingen aanwakkeren.

De 20 mensen die in de nieuwe zaak beschuldigd worden zijn onder andere de belangrijkste oppositieleider Rached Ghannouchi, die al in de gevangenis zit, voormalig premier Youssef Chahed en Saied's voormalige stafchef Nadia Akacha, zei de advocaat, Nadia Chouachi.

Op de lijst staan ook een voormalig burgemeester van een district in Tunis, een voormalig militair en een freelance journalist, zei Chouachi.

Ghannouchi, de voormalige parlementsvoorzitter, was een van de meest prominente politieke figuren uit de recente Tunesische geschiedenis omdat zijn Ennahda partij een rol speelde in opeenvolgende regeringen tijdens de democratische periode na de revolutie van 2011.

Hij is nu 81 en werd deze maand veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf voor opruiing naar aanleiding van een begrafenislied voor een partijlid. De politie heeft in heel Tunesië de kantoren van Ennahda, een islamistische partij die in regeringscoalities zat met seculiere partijen, gesloten.

Chahed was premier van 2016-20, gekozen door het parlement vanwege zijn technocratische geloofsbrieven, en was een van de kandidaten die verloor van Saied in de presidentsverkiezingen van 2019.

Nadia Akacha werd gezien als de naaste vertrouwelinge van Saied tot ze vorig jaar haar functie als stafchef neerlegde en naar Frankrijk verhuisde, voordat er audio-opnames uitlekten waarop ze felle kritiek op Saied liet horen.

De Tunesische oppositie beschuldigt Saied van een staatsgreep omdat hij in 2021 het parlement heeft gesloten, per decreet is gaan regeren en een nieuwe grondwet heeft aangenomen via een referendum met een lage opkomst, waardoor hij bijna ongecontroleerde bevoegdheden heeft gekregen.

Rechtengroeperingen hebben hem er ook van beschuldigd de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht te ondermijnen door belangrijke figuren in de hoogste rechterlijke commissie van Tunesië te vervangen en door te waarschuwen dat rechters die dit jaar gearresteerde personen vrijlaten, als medeplichtig zullen worden beschouwd.

Hij ontkent een staatsgreep te hebben gepleegd, zegt dat zijn acties legaal en noodzakelijk waren om Tunesië te redden, en beschuldigt zijn tegenstanders ervan misdadigers, verraders en terroristen te zijn.