De protesten markeerden de derde verjaardag van een dodelijke inval op een sit-in die opriep tot burgerbestuur, kort na de omverwerping van de lange tijd autocratische leider Omar al-Bashir.

De militairen en de burgergroeperingen kwamen in de zomer van 2019 overeen de macht te delen, maar die regeling werd afgelopen oktober door een staatsgreep beëindigd.

Sindsdien zijn er regelmatig anti-militaire betogingen geweest.

"De protesten zullen doorgaan tot we gerechtigheid voor onze martelaren en een democratisch bewind krijgen," zei Osama Mohamed, een 24-jarige die over de Nijl van Khartoum marcheert in Omdurman, waar betogers een belangrijk kruispunt blokkeren en te maken krijgen met traangas van de veiligheidstroepen.

De demonstranten verwijten de veiligheidstroepen dat zij ongeveer 130 mensen gedood hebben bij de inval van 3 juni 2019, toen zij een sit-in in het centrum van Khartoem ontruimden, op basis van een tol die door medici berekend is. De autoriteiten erkennen dat er 87 doden zijn gevallen.

Een commissie die het incident onderzoekt heeft haar activiteiten sinds de staatsgreep gepauzeerd, vertelde een lid aan Reuters.

Demonstranten in Omdurman scandeerden vrijdag "onze martelaren zijn niet gestorven, zij zijn hier bij de revolutionairen". Zij droegen foto's en spandoeken van demonstranten die bij de inval zijn omgekomen.

Het Centraal Comité van Soedanese Artsen zei dat de demonstrant die vrijdag stierf, gedood werd toen veiligheidstroepen zwaar geweervuur gebruikten tegen betogingen in het Sahafa-district van Khartoum.

Er was geen onmiddellijk commentaar van de politie. De autoriteiten hebben eerder gezegd dat zij vreedzame protesten toestaan en dat de slachtoffers zullen worden onderzocht.

Medici zeggen dat er 99 mensen gedood zijn bij anti-coup protesten.

Pogingen onder leiding van de Verenigde Naties en de Afrikaanse Unie om politieke bemiddeling tot stand te brengen hebben weinig vooruitgang geboekt, en volgende week begint een nieuwe ronde besprekingen.

Militaire heersers die met een economische crisis worden geconfronteerd, zeggen dat zij de noodtoestand hebben opgeheven als een vertrouwenwekkende maatregel.