De regels, die de groepsvrijstellingsverordening inzake verticale overeenkomsten en de richtsnoeren inzake verticale overeenkomsten worden genoemd, zullen op 1 juni in werking treden ter vervanging van de huidige reeks regels die deze maand aflopen.

De nieuwe regels betekenen dat het voor afnemers gemakkelijker wordt om klanten actief te benaderen en voor leveranciers om verschillende groothandelsprijzen vast te stellen voor online- en offlineverkoop door dezelfde distributeur, om investeringen aan te moedigen of te belonen.

Overeenkomsten met duurzaamheidsdoelstellingen, zoals exclusiviteitsverplichtingen om investeringen in groene energiecentrales te stimuleren, krijgen ook meer speelruimte.

In de regels staat ook dat criteria die leveranciers voor onlineverkoop opleggen, geen belemmering mogen vormen voor het daadwerkelijke gebruik van internet door de afnemer of zijn klanten om goederen of diensten te verkopen, een kwestie die in het verleden merknamen tegen online platforms heeft uitgespeeld.

Illegale praktijken volgens de nieuwe regels zijn onder meer het verhinderen dat een distributeur een onlinereclamekanaal zoals zoekmachinereclame of prijsvergelijkingsdiensten gebruikt om klanten naar zijn website te lokken.

"De nieuwe regels zullen bedrijven actuele richtsnoeren bieden die geschikt zijn voor een nog meer gedigitaliseerd decennium dat voor ons ligt," zei het digitale hoofd van de Europese Commissie Margrethe Vestager in een verklaring.

Tech-lobbygroep CCIA bekritiseerde de regels en zei dat ze het voor grote merken en leveranciers gemakkelijker maken om online verkoopkanalen te discrimineren.

"Tijdens de COVID-afsluitingen hebben veel traditionele bedrijven hun weg online gevonden. Nu wil de Commissie dat ze weer offline gaan," zei beleidsmanager Mathilde Adjutor van de CCIA in een verklaring.

"Met deze veranderingen zullen concurrentiebeperkende overeenkomsten die voor grote merken en grote handelaars offline illegaal zouden zijn, online effectief legaal worden," zei zij.