Indonesië, een van 's werelds grootste uitstoters van koolstof, heeft zich aangesloten bij een wereldwijde belofte om geleidelijk een einde te maken aan het gebruik van steenkool, dat van cruciaal belang wordt geacht om te helpen de wereldwijde temperatuurstijgingen te beperken tot 1,5 graden Celsius.

Het Zuidoost-Aziatische land streeft ernaar het aandeel van hernieuwbare energie in zijn energiemix tegen 2025 op te trekken tot 23%, maar heeft tot dusver slechts ongeveer 12% bereikt. Kolen voorzien momenteel in ongeveer 60% van de elektriciteitsbehoeften van het land.

Volgens het IEA-rapport zijn de soorten technologie die Indonesië nodig heeft om op schonere energie over te schakelen, zoals zonne-energiesystemen, reeds commercieel beschikbaar en kosteneffectief, op voorwaarde dat de regering een ondersteunend beleid voert.

Zonne-energieprojecten in Indonesië kosten momenteel meer dan het dubbele van die in soortgelijke opkomende economieën, aldus het rapport, en zijn economisch niet concurrerend in vergelijking met kolen- en aardgascentrales.

De kosten zouden kunnen worden verlaagd door de invoering van transparante en concurrerende tarieven en een voorspelbare projectpijplijn, aldus het rapport, dat werd opgesteld na een verzoek van het Indonesische ministerie van energie.

Verwacht wordt dat de Indonesische president Joko Widodo een nieuwe regel inzake elektriciteitstarieven zal uitvaardigen om investeringen in hernieuwbare energiebronnen aan te trekken, maar de verordening heeft al jaren vertraging opgelopen.

Intussen is ook een plan om een koolstofbelasting op steenkoolcentraleplannen in te voeren uitgesteld. De belasting zou oorspronkelijk vanaf april 2022 van kracht worden.

Volgens het IEA zou Indonesië, volgens een scenario dat ervan uitgaat dat de klimaatverbintenissen worden nagekomen, in 2030 25 Gigawatt aan zonne- en windcapaciteit kunnen hebben, tegen ongeveer 0,4 GW nu.