In de raming, die Reuters dinsdag heeft ingezien, gaat het ministerie uit van rentelasten van ongeveer 29,6 miljard euro (31,27 miljard dollar) voor 2023. Voor 2022 wordt dat bedrag geraamd op 16,3 miljard euro.
Als reden geeft het ministerie de stijging van de rentevoeten en de inflatie. Prijsstijgingen leiden tot hogere rentebetalingen voor inflatie-geïndexeerd federaal waardepapier.
De ambtenaren van het ministerie gaan ook uit van een hoge rentelast voor de jaren na 2023: Voor 2024 wordt die geraamd op iets minder dan 25,2 miljard euro, en voor 2025 en 2026 op respectievelijk ongeveer 27,7 miljard euro en iets minder dan 29,5 miljard euro.
De kosten van de federale schuld waren de afgelopen jaren aanzienlijk gedaald: Terwijl ze in 2013 nog 31,3 miljard euro bedroeg, moest de regering in 2021 nog maar 3,9 miljard euro uitgeven.
Dat was ook te danken aan het feit dat de federale overheid geld verdiende door schulden aan te gaan in tijden van negatieve rentevoeten. Jarenlang gaven de beleggers de federale regering meer geld bij het aangaan van schulden dan zij uiteindelijk terugkregen.
($1 = 0,9466 euro)
