De IPCA-benchmarkindex steeg vorige maand met 0,6% en overtrof daarmee de marktverwachtingen, aldus het overheidsbureau voor de statistiek IBGE op donderdag.

In de 12 maanden tot en met oktober stegen de prijzen met 6,5%, tegen een stijging van 7,2% in de voorgaande maand.

De bescheiden maandelijkse stijging in oktober werd veroorzaakt door acht van de negen componenten, met name voeding, gezondheidszorg en vervoer en brandstof.

De voedselprijzen stegen met 0,7% ten opzichte van de vorige maand, vooral door hogere prijzen voor voedsel dat thuis wordt geconsumeerd. De kosten voor gezondheidszorg stegen met 1,2% door hogere prijzen voor producten voor persoonlijke hygiëne en gezondheidsplannen.

De vervoersprijzen stegen met 0,6%, maar dit volgde op enorme dalingen in de voorgaande drie maanden als gevolg van belastingverlagingen. De prijzen in de meeste andere subindices stegen trager dan de recente trends.

"In het algemeen gaat de snelle desinflatie door, dankzij het uitgestelde effect van een strenger monetair beleid en de maatregelen die de regering heeft genomen om de belangrijkste prijzen te verlagen. Het effect van deze maatregelen neemt geleidelijk af, maar het belangrijkste is dat de kerninflatie nog steeds naar het zuiden gaat, ondanks een relatief veerkrachtige arbeidsmarkt en recente fiscale steun aan huishoudens", aldus Andres Abadia, hoofdeconoom Latijns-Amerika bij Pantheon Macroeconomics.

Abadia verwacht dat de binnenlandse vraag de komende maanden zal afzwakken, waardoor de kerninflatie op een neerwaarts pad blijft.