Het ICC heeft al sinds 2004 een onderzoek lopen naar Oost-Congo en het is niet duidelijk of de nieuwe verwijzing de focus van het hof zal verleggen.

"De regering van de DRC blijft diep bezorgd over het lijden van de bevolking in het deel van haar grondgebied dat getroffen is door de daden waarnaar in deze zaak wordt verwezen," zei het Congolese ministerie van Justitie in een verklaring.

Het doel van de verwijzing zou zijn om tussen 2022 en 2023 een onderzoek in te stellen naar alle personen die betrokken zijn bij mensenrechtenschendingen en deze te vervolgen, voegde het eraan toe.

De door Tutsi's geleide rebellengroep M23 lanceerde in maart vorig jaar een nieuw offensief in Oost-Congo, waarbij steden en dorpen werden ingenomen in het gebied dat grenst aan Oeganda. Door de gevechten moesten meer dan 1 miljoen mensen vluchten.

Congo heeft buurland Rwanda ervan beschuldigd de M23 te steunen. De regering van Rwanda heeft elke betrokkenheid ontkend.

Het kantoor van de aanklager van het ICC heeft geen andere details gegeven dan dat de focus ligt op vermeende oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid die sinds juli 2002 gepleegd zijn in de Ituri-regio en de provincies Noord- en Zuid-Kivu.

Tot nu toe heeft het ICC drie verschillende Congolese militieleiders veroordeeld, één voor oorlogsmisdaden, de anderen voor oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid voor hun rol in de wreedheden in het oosten van de DRC.

Aanklager Karim Khan van het ICC zal naar verwachting van 28 mei tot 31 mei een bezoek brengen aan Kinshasa en de door rebellengroepen getroffen provincies van Congo.