In haar eerste grote rapport over de snel oprukkende wereld van AI zegt de overkoepelende centrale bankgroep dat beleidsmakers gebruik moeten maken van de immense mogelijkheden van AI om gegevens in realtime te monitoren om hun vermogen om inflatie te voorspellen "aan te scherpen".
Dat was iets wat ernstig ontbrak in de nasleep van COVID-19 en de Russische invasie in Oekraïne, toen de Amerikaanse Federal Reserve, ECB en andere grote centrale banken allemaal de kracht van de wereldwijde inflatiegolf niet begrepen.
Nieuwe AI-modellen zouden het risico op een herhaling moeten verkleinen, hoewel hun ongeteste aard en het feit dat ze kunnen "hallucineren" betekent dat ze geen robo-ratesetters moeten worden, zei Cecilia Skingsley, een topambtenaar bij de BIS.
"We houden mensen graag verantwoordelijk," zei de voormalige Zweedse centrale bankier, verwijzend naar de cruciale rol die leenkosten spelen in de maatschappij en de noodzaak om te oordelen.
"Dus ik zie niet echt een toekomst waarin een AI de (rente)tarieven zal bepalen."
De BIS, die vaak de centrale bank van de centrale bankiers wordt genoemd vanwege het gezamenlijke werk dat ze doet, heeft al acht projecten waarbij AI een rol speelt.
Hyun Song Shin, hoofd onderzoek en economisch topadviseur, zei dat beleidsmakers het niet als "iets magisch" moeten zien, maar zei wel dat het kan helpen om naalden in hooibergen te vinden en kwetsbaarheden in financiële systemen op te sporen.
De technologie zal waarschijnlijk ook de arbeidsmarkten radicaal veranderen, met gevolgen voor de productiviteit en economische groei. Wijdverspreide toepassing zou ertoe kunnen leiden dat bedrijven hun prijzen sneller aanpassen als reactie op macro-economische veranderingen, met gevolgen voor de inflatie.
De BIS waarschuwde dat AI ook risico's met zich meebrengt, zoals nieuwe soorten cyberaanvallen, en bestaande risico's kan versterken, zoals kuddegedrag, bankruns en de uitverkoop van financiële activa.
"De oproep aan centrale banken is om een praktijkgemeenschap te bevorderen," zei Shin. "Om ervaring te delen, om beste praktijken te delen, maar ook om gegevens en de modellen zelf te delen." (Verslaggeving door Marc Jones; bewerking door Jason Neely)
