Twee van de zes in de notulen genoemde leden waren tegen de op die dag doorgevoerde verhoging, waarbij een van die twee ook zei dat voorzichtigheid geboden was met betrekking tot eventuele latere aanscherpingen.

Drie leden die voor de verhoging van 13 januari stemden, pleitten voor een voorzichtige houding na de verhoging.

Slechts één stemmer, die ook voor de verhoging stemde, vond een verdere verstrakking van het monetaire beleid na 13 januari gepast.

Het bestuur verhoogde de beleidsrente van het land met 25 basispunten tot 3,50%, overeenkomstig de toenmalige marktverwachtingen.

"We moeten voorzichtig zijn met beslissingen over verdere renteverhogingen nadat we rekening hebben gehouden met de trage economische groei en de druk op de financiële stabiliteit", aldus een lid dat voor de verhoging stemde.

De notulen sluiten opmerkingen van gouverneur Rhee Chang-yong uit en vermelden de sprekers niet.

Na de aankondiging van de verhoging liet Rhee doorschemeren dat de Bank of Korea haar verstrakking wellicht zou pauzeren. De marktrente impliceert nu dat beleggers geen verdere renteverhogingen verwachten.